Brussel/Den Haag, 11 juli 2012 – Op 10 juli heeft het Internationaal Strafhof (ICC) voor het eerst een straf uitgesproken door Thomas Lubanga Dyilo te veroordelen tot 14 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden. De voormalige krijgsheer, verantwoordelijk voor de rekrutering van kindsoldaten en hun actieve deelname aan vijandelijkheden in Oost-Congo, heeft al 6 jaar in voorlopige hechtenis doorgebracht. In principe zal hij nog 8 jaar moeten uitzitten. AdZG vreest dat deze straf geen ontradend effect zal hebben op de daders van oorlogsmisdaden. Bovendien betreurt AdZG dat het principe van schadevergoeding voor de slachtoffers niet vermeld is in de beslissing van het Hof.
“Wij verheugen ons over deze eerste veroordeling door het ICC, maar vrezen dat de uitgesproken straf niet het verhoopte ontradend effect zal hebben om het geweld tegen de bevolking in Ituri te stoppen,” verklaart Francesca Boniotti, algemeen directeur van AdZG. “Voor de slachtoffers is het is een gemiste kans in de strijd tegen de straffeloosheid van daders van oorlogsmisdaden.”
Enkel de gedwongen rekrutering en het gebruik van kindsoldaten werden weerhouden om de strafmaat te bepalen. Hun bijzondere kwetsbaarheid rechtvaardigt een speciale bescherming. Niettemin konden de slechte behandelingen, het seksueel geweld en andere bestraffingen die de kinderen moesten ondergaan , niet onderzocht worden, bij gebrek aan voorlegging van bewijzen door de procureur van het Hof. Het Hof neemt wel in overweging dat Thomas Lubanga gedurende het hele proces, dat twee maal werd opgeschort, zijn medewerking heeft verleend. Wat eventuele boetes betreft, heeft het Hof de beschuldigde insolvabel verklaard.
AdZG betreurt dat de slachtoffers vergeten zijn in de beslissing die het ICC gisteren nam. Slechts twee dagen voor de zittingheeft het Hof de kwestie van de schadevergoeding naar een onbepaalde datum uitgesteld. Noch het principe, noch het verdere verloop van de procedure inzake schadevergoeding werden vermeld in de uitspraak. “We begrijpen dit niet. Het is alsof de schadevergoeding voor de slachtoffers slechts een bijzaak is die zonder uitleg kan worden uitgesteld,” constateert Francesca Boniotti. AdZG vestigt de aandacht op het feit dat maatregelen die inzake de schadevergoeding zouden worden uitgesproken enkel maar zin hebben voor de slachtoffers indien zij actief betrokken worden in de procedure.
Op 10 mei 2012 heeft Advocaten Zonder Grenzen aanbevelingen rond schadevergoeding overgemaakt aan het ICC* Daarover geraadpleegd door AdZG, hadden de getroffen gemeenschappen hun wens tot het bekomen van collectieve schadevergoeding uitgedrukt met het oog op verzoening tussen de gemeenschappen. AdZG pleitte ook voor rehabilitatiemaatregelen voor de kinderen, zoals psychologische bijstand en beroepsopleiding.
“Nu moet het Hof ervoor zorgen dat de getroffen gemeenschappen de beslissing goed begrijpen en zo elk gevoel van onrecht vermijden,” concludeert Francesca Boniotti.
In totaal namen 123 slachtoffers deel aan het Lubanga-proces, waarvan 101 ouders van kindsoldaten die zwaar geleden hebben onder de acties van de FPLC (Forces Patriotiques pour la Libération du Congo). Lubanga, voormalig leider van de FPLC, die ervan verdacht werd begin jaren 2000 oorlogsmisdaden te hebben gepleegd, was gearresteerd in maart 2005 en vervolgens overgedragen van de DR Congo naar Den Haag, waar het ICC zetelt.
Vanaf het begin van het onderzoek dat heeft geleid tot het “Lubanga” proces, heeft de tussenkomst van AdZG samen met Congolese organisaties het mogelijk gemaakt om kindsoldaten te identificeren, hen het belang van hun deelname aan deze zaak uit te leggen en de benodigde bijstand te verlenen om aan het proces deel te nemen. AdZG heeft ook de de tussenkomst van advocaten verzekerd en heeft al het mogelijke gedaan voor de bescherming van de slachtoffers .
* Klik hier om de aanbevelingen rond schadevergoeding die AdZG aan het Hof overmaakte te lezen (pdf in het Frans).