november 19, 2015

Internationale misdaden: strafvermindering voor de krijgsheer Katanga

Congo (de Democratische Republiek)Internationale JustitieNews

Den Haag, 19 november 2015 – De Congolese krijgsheer Germain Katanga krijgt strafvermindering, zodat zijn straf in januari 2016 zal aflopen. Deze beslissing werd op 13 november laatstleden genomen door de rechters van het Internationaal Strafhof (ISH). ASF stelt zich vragen bij de gevolgen van deze beslissing voor de toekomst van de aanhangige dossiers bij het hof en vooral voor de deelname van de slachtoffers aan de procedures. De slachtoffers en de Congolese autoriteiten vrezen ook voor een destabiliserend effect van de terugkeer van Katanga naar de DR Congo. In maart 2014 werd hij veroordeeld tot 12 jaar cel voor misdaden tegenover de mensheid en oorlogsmisdaden die werden begaan tegen de bewoners van Bogoro (in het oosten van de DR Congo). In totaal zal hij 9 jaar en 4 maanden van zijn straf hebben uitgezeten.

Het ISH volgde met zijn beslissing de argumenten van de verdediging, die gedeeltelijk werden gesteund door de procureur. Het houdt onder andere rekening met het feit dat  Katanga effectief zijn medewerking heeft verleend aan het hof, met name door te getuigen, dat hij zich publiek en herhaaldelijk heeft verontschuldigd voor zijn misdaden en dat hij heeft getoond een grote kans te maken op herintegratie in de maatschappij.

De slachtoffers dreigen sterk teleurgesteld te raken door deze beslissing. Zij waren al ontgoocheld over de initiële straf. Tijdens gesprekken met de rechters spraken zij hun twijfels uit over de oprechtheid van de excuses van Katanga. Ook de Congolese autoriteiten deelden deze twijfels.

De advocaat van de slachtoffers en de Congolese autoriteiten wijzen op het destabiliserende effect van een eventuele terugkeer van Katanga. Voor de slachtoffers is het ondenkbaar dat de veroordeelde zou terugkeren naar de regio, terwijl het hof nog geen besluit heeft genomen over de schadeloosstelling van de slachtoffers.

Het standpunt van de procureur in deze zaak verraste. “Niet alleen was ze niet gekant tegen het verzoek van de veroordeelde, ze bracht zelfs argumenten aan waarom het moest worden ingewilligd”, zegt een verbaasde Jean-Philippe Kot, deskundige internationaal recht bij ASF. “Zo merkte de procureur op dat Katanga het hof tijd en geld heeft helpen besparen door geen beroep aan te tekenen tegen zijn veroordeling.”

Deze ommezwaai vraagt om uitleg. Aanvankelijk stelde de procureur Katanga voor als een van de voornaamste aanstichters van de misdaden die werden begaan in Bogoro. Ze pleitte voor een celstraf van 22 jaar en vroeg het hof om de argumenten van de verdediging zoals zijn familiale situatie, de kans op herintegratie en zijn goede gedrag in de gevangenis af te wijzen. Een jaar later rechtvaardigt ze echter publiek een strafvermindering op basis van grotendeels dezelfde argumenten.

De slachtoffers in deze zaak hebben blijk gegeven van hun enorme frustratie, die nu nog dreigt toe te nemen. Na de veroordeling van Katanga in 2014 vroegen ze de procureur om het onderzoek voort te zetten om de belangrijkste daders van de aanval te vinden.

“Deze kwestie roept vragen op over de gevolgen van het beleid van het bureau van de procureur: is het coherent voor de belangrijkste betrokkenen, namelijk de slachtoffers?” vraagt Kot zich af. “De slachtoffers blijven de belangrijkste bron van informatie in het onderzoek. Zonder hun vertrouwen in de instantie kan de toekomst van het onderzoek van het bureau van de procureur in gevaar komen.”

Meteen bij aanvang van het vooronderzoek van dit proces heeft ASF samen met Congolese verenigingen de slachtoffers geïdentificeerd, hun uitgelegd waarom hun deelname aan het proces belangrijk was en deze deelname mogelijk gemaakt. In totaal namen 355 slachtoffers aan het proces deel.

Coverfoto: Germain Katanga  © ICC-CPI
Partager

Ook te lezen

Congolese civil society alarmed by the lifting of the moratorium on the death penalty

ExPEERience Talk #14 - Hoe kunnen we het recht op land en natuurlijke hulpbronnen van inheemse volkeren beschermen? Analyse van de koolstofindustrie in Kenia

De toegang tot rechtsmiddelen in de mijnbouwindustrie van Tanzania verbeteren