Tunesië: strijd tegen terrorisme, maar tegen welke prijs?

TunesiëNewsNewsTransitionele JustitieTransitionele Justitie

Tunis, 13 februari 2017 – ASF, de Tunesische Nationale Orde van Advocaten (ONAT) en de Tunesische Liga voor Mensenrechten (LTDH) roepen de Tunesische overheid op om de antiterrorismewet van 2015 te herzien. De toepassing van die wet zorgt immers voor problemen bij het recht op een eerlijk proces. Volgens de drie partnerorganisaties is de eerbiediging van de mensenrechten het voornaamste wapen van een democratische staat om efficiënt te strijden tegen terrorisme. De antiterrorismewet werd door het parlement goedgekeurd in juli 2015 na de bloedige aanslagen op het Bardomuseum in de Tunesische hoofdstad en in Port El Kantaoui, een van de belangrijkste badplaatsen van het land. Bij die aanslagen kwamen 60 mensen om het leven. De toepassing van de antiterrorismewet werd grondig bestudeerd door het Netwerk ter observatie van de Tunesische overgangsjustitie (le Réseau d’Observation de la Justice of ROJ). Het ROJ werd gezamenlijk opgericht door ASF, de ONAT en de LTDH. Het ROJ observeerde al 164 rechtszaken rond terrorisme verspreid over 232 zittingen, wat meer dan de helft van de zaken rond terrorisme voorstelt, die voor de rechter werden gebracht sinds de inwerkingtreding van de wet. “In de praktijk zien we nog veel tekortkomingen in de fundamenten van het eerlijk proces”, betreurt Antonio Manganella, Directeur van ASF in Tunesië. “Naast de steeds terugkerende verkeerde werking zorgde de antiterrorismewet voor grote overtredingen, die een averechts effect hebben op de volledige strafketen.” De voorlopige hechtenis kan zo tot 15 dagen duren en bij iedereen die in voorlopige hechtenis zit, kan de aanwezigheid van een advocaat tijdens de eerste 48 uur van zijn gevangenschap worden geweigerd. Deze bepalingen hebben enkel betrekking op terrorismezaken en “zorgen voor een verhoogd risico op een slechte behandeling”, verduidelijkt M. Manganella. De gegevens uit de observatie van de processen werden voorgesteld in een rapport. Dat rapport geeft eveneens aanbevelingen om de veiligheid en de naleving van de mensenrechten met elkaar te verzoenen. “De belangrijkste aanbeveling voor de wetgever is de volgende: herbekijk deze wet want ze werd onder politieke druk in het leven geroepen”, verklaarde vicevoorzitter van LTDH Bassem Trifi begin februari aan Agence France-Presse bij de voorstelling van het rapport in Tunis. Voor ASF en zijn partners zijn de consolidatie en bescherming van de mensenrechten en de superioriteit van het recht onontbeerlijk om de strijd tegen terrorisme te winnen. Daarnaast moeten de goedkeuring van efficiënte veiligheidsmaatregelen en de bescherming van de mensenrechten niet begrepen worden als tegenstrijdige maar als aanvullende en versterkende doelstellingen. Het rapport Strijd tegen terrorisme en rechtspraktijken in Tunesië: eerlijk proces op de proef is beschikbaar op de website van ASF (in het Frans en in het Arabisch). Het Netwerk ter observatie van de Tunesische overgangsjustitie (ROJ) werd opgericht in 2012 om de rechtspraktijken in het kader van strafprocessen te observeren. Zo wil het de vooruitgang op het vlak van de naleving van de internationale normen evalueren en aanbevelingen doen voor de hervorming van het rechtssysteem.
Picture © ASF/H. Gebs