Patrick Henry : “We moeten ons ervan bewust zijn dat in een groeiend aantal landen het begrip ‘mensenrechten’ zelf betwist wordt.”

NewsNews

Dit interview werd oorspronkelijk gepubliceerd in het Journal des Tribunaux (maart 2021)

Advocaten zonder grenzen maakt zich op om haar 30ste verjaardag te vieren. De Journal des Tribunaux staat samen met de nieuwe voorzitter van ASF, Patrick Henry, stil bij de geschiedenis van de organisatie en de bijzondere band die de organisatie heeft met de Belgische advocaten en balies.

Van harte gefeliciteerd met uw recente benoeming aan het hoofd van de raad van bestuur van ASF. De organisatie is sinds haar oprichting sterk veranderd. Wat was de plaats van de advocaat binnen de organisatie in de begindagen?

De advocaat heeft altijd een centrale rol gespeeld in het werk van ASF. De organisatie werd in 1992 trouwens opgericht door een groep Belgische stafhouders en advocaten, onder leiding van de stafhouder Pierre Legros[1]. Binnen haar eerste ontwerp had ASF als doel om Belgische en Europese advocaten in staat te stellen om naar het buitenland te trekken om de justitiabelen te gaan verdedigen in “gevoelige” dossiers waarbij de toegang tot een onafhankelijke advocaat vaak in het gedrang kwam. De advocaten traden dus op in tal van landen zoals Cuba, Palestina, Brazilië, Turkije, Rusland, Marokko, Sierra Leone, Bolivia, enz. Vandaar natuurlijk de naam van de organisatie.

Het mandaat van de organisatie veranderde al snel, waarom?

De genocide in Rwanda zorgde voor een eerste keerpunt. Dit was voor iedereen een grote schok. ASF had reeds in 1994 een programma opgezet om het schrijnende tekort aan opgeleide advocaten proberen op te vangen. Dit leek van fundamenteel belang, zowel voor de slachtoffers, als voor de beschuldigden. Binnen een menselijke context die even cruciaal als dramatisch was, moest men de beginselen van een eerlijk proces en de eerbiediging van de internationale normen kunnen waarborgen.

Op dat moment begon ASF zich te interesseren voor het internationale strafrecht, evenals voor de rol van justitie in postconflictgebieden. Onderwerpen die sindsdien centraal staan binnen het werk van de organisatie.

Voor ASF kwam deze verandering van aanpak vrij snel, want slechts twee jaar na haar oprichting breidde ze reeds haar actieterrein uit door technische en juridische versterking toe te voegen aan de onmiddellijke bijstand.

En dit actieterrein blijft maar groeien. Momenteel wil ASF bijdragen tot de totstandkoming van een meer rechtvaardige, evenwichtige en solidaire samenleving, waarin recht en rechtspraak ten dienste staan van kwetsbare groepen en mensen en waarin de rechtstaat zich baseert op de mensenrechten.

In de loop der jaren is de rechtspraak een middel geworden om deze doelstellingen te bereiken. Vandaag werkt ASF samen met een veelheid aan nationale en internationale spelers: middenveldorganisaties, justitiële spelers, lokale en nationale overheden, maar ook academici, vertegenwoordigers van gemeenschappen en, uiteraard, de bevolking zelf.

Op welke manier vormen deze spelers een aanvulling op de advocaten?

De advocaat blijft centraal staan binnen de visie van ASF, maar heel wat andere spelers bleken ook essentieel te zijn voor het bereiken van onze doelstellingen in de landen waar we actief zijn.

Laten we het voorbeeld nemen van de Centraal-Afrikaanse Republiek. De balie telt er slechts een honderdtal advocaten voor ongeveer 4.500.000 inwoners. De overgrote meerderheid van de advocaten hebben hun praktijk trouwens in Bangui, de hoofdstad. In de meer afgelegen gebieden zijn de formele juridische instanties dan ook grotendeels afwezig. Nochtans zijn er ook daar conflicten, net zoals overal, die opgelost moeten worden. Hoe? Door een beroep te doen op de informele instanties: de mensen gaan naar dorpshoofden of buurtverantwoordelijken, religieuze leiders, politieagenten, wijzen,… Deze mechanismen zijn onontbeerlijk in deze gebieden om een escalatie van geweld tegen te gaan, maar enkel een beroep kunnen doen op deze manier van conflictbeheersing garandeert helemaal geen onpartijdige behandeling van de justitiabelen. We moeten daarom voorkomen dat ze zich eenvoudigweg in de plaats stellen van de nationale rechtbanken. Anders zal er onrechtvaardigheid heersen. Het is daarom nodig dat we op deze verschillende spelers kunnen rekenen en kunnen zorgen voor de juiste samenhang binnen hun interacties.

De advocaten hebben op dat vlak een grote rol te spelen. Iets wat ze in heel wat landen doen door, naast hun juridische bijstand en vertegenwoordiging bij de rechtbank, ook bemiddelings-, informatie- en adviesdiensten aan te bieden aan de plaatselijke spelers. De opleiding van parajuristen die de mensen helpen om zich bewust te worden van hun rechten en om hen te helpen om hun rechten te laten gelden, biedt dan ook heel wat perspectief. Daar waar het recht niet alleen in de rechtbanken beoefend wordt, moet de verdediging overal aanwezig zijn. Zowel daar, als hier geldt dit!

ASF streeft dus naar een meer holistische aanpak?

Inderdaad, door de partners uit te breiden, kunnen we problemen structureel aanpakken en vergroten we onze kansen om duurzame veranderingen tot stand te brengen die een reële impact hebben op het leven van de justitiabelen, maar op de rechtstaat, de toegang tot rechtspraak en de vermindering van de ongelijkheden.

Onze aanpak is ook een stuk globaler geworden. We kijken niet alleen meer naar de landen in het zuiden. De onderwerpen waarrond we werken – zoals detentie, de inperking van de civiele ruimte, de bedreiging van de individuele vrijheden, enz. – zijn kwesties die ons allemaal aangaan. Het is belangrijk om op deze manier hierover na te denken. Hierdoor hebben we onlangs transversale projecten uitgewerkt. In 2020 stonden we in voor de monitoring van de impact van de preventiemaatregelen genomen in het kader van de pandemie op de individuele vrijheden, zowel in België, als in onze interventielanden. En de vaststellingen liggen vaak een stuk dichter bij elkaar dan men zou kunnen denken.

We volgen ook van nabij de werkzaamheden van de Bijzondere Kamercommissie die zich buigt over het koloniale verleden van België. Wat is de impact ervan op onze huidige samenleving? Hoe kunnen we zorgen voor de verzoening die nodig is voor een gezonde relatie tussen deze landen, hun bevolking en hun diaspora, waarbij de overheersingsdynamiek niet herhaald wordt?

Dit is interessant want dit project sluit zeer nauw aan bij de thema’s van internationaal strafrecht en transitionele justitie waarrond we al zeer lang werken.

Wat wenst u voor de toekomst van ASF?

De dynamiek behouden, terwijl we rekening blijven houden met de evoluerende contexten waarin we leven; zoeken naar hefbomen waarmee we echt tegen het onrecht in de wereld kunnen strijden. De gezondheidscrisis heeft bepaalde veranderingen versneld. We moeten ze zien als kansen. De digitalisering, de opzet van praktijkgroepen, het delen van expertise, de globale aanpak van bepaalde onderwerpen, de positie van het noorden, enz. dit zijn allemaal thema’s waarrond ASF al jaren werkt, maar we hebben vooral in 2020, door de omstandigheden, veel vooruitgang hierrond geboekt. Dankzij nieuwe samenwerkingsverbanden, nieuwe benaderingen,… kunnen we relevant blijven door het mandaat van onze organisatie als richtlijn aan te houden.

We moeten ons er ook van bewust zijn dat, in een groeiend aantal landen, het begrip ‘mensenrechten’ zelf betwist wordt, en als een ‘kapitalistisch-kolonialistisch’ product afgedaan wordt. Dit zou een keerpunt kunnen zijn. Heel wat landen zijn opgehouden om proberen te rechtvaardigen dat ze de normen van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens naleven (die ze vandaag de ‘vertaling van het voldane egoïsme van de Westerse rijken’[2] noemen). Momenteel betwisten ze deze door ze ronduit te verwerpen. Voor hen betekenen individuele rechten slechts een ongecontroleerde groei van verlangens, die onze democratieën doen vervallen in een logica van eindeloze eisen die ze onbestuurbaarheid of onpolitiek[3] noemen.

Sommigen kondigen de dood van de mensenrechten[4] aan. Dit discours is niet alleen fout. Door sommige van onze excessen, geven we er gestalte aan. Toch moeten we ons ervan bewust zijn dat het slecht een verlangen naar hegemonie, onderdrukking en onderwerping verbergt.

Dit is een belangrijke uitdaging voor onze samenlevingen. Om aan te tonen dat gelijkheid, solidariteit, waardigheid, vrijheid, de rechtstaat, rechtvaardigheid voor iedereen,… universele waarden zijn. Dat ze gelden voor iedereen, niet alleen voor blanke, mannelijke en christelijke Europeanen.

Het is een uitdaging die ASF wil aangaan. Hopelijk met zoveel mogelijk van jullie erbij.

Laten we samen verder strijden.

[1] Naast Pierre Legros, werd het voorzitterschap van ASF ook waargenomen door Bavo Cool, Luc Walleyn, Marc Nève, Liven Denys, Hafida Talhaoui en Eddy Boydens.

[2] A. BADIOU, L’éthique. Essai sur la conscience du mal, Caen, Nous, 2003.

[3] J. FREUND, Politique et impolitique, Sirey, 1987.

[4] J. LACROIX en J.-Y. PRANCHERE, Le procès des droits de l’homme, Seuil, 2016, Zie ook https://www.huffingtonpost.fr/entry/la-politique-des-droits-de-lhomme-est-elle-definitivement-morte-dans-le-monde_fr_5dde812fe4b0d50f329a7