Nee tegen de invoering van “kwaadwillige aantasting van het overheidsgezag” in het Belgisch strafwetboek

Crédit photo : Justine Dofal
Foto: Justine Dofal

De tekst moet  gezien worden in het licht van een groeiende tendens, in Europa en elders, om sociale bewegingen te criminaliseren, het recht om te demonstreren in te perken en de vrijheid van meningsuiting te beperken.

Het betreffende artikel van het Strafwetboek over “kwaadwillige aantasting van het overheidsgezag” zou gebruikt kunnen worden om sociale bewegingen aan te vallen en de brede definitie ervan laat veel ruimte voor willekeur en interpretatie door magistraten.

Een dergelijke situatie zou een schending betekenen van de beginselen van rechtzekerheid, wettigheid, gelijkheid voor de wet en vrijheid van meningsuiting, fundamentele principes in iedere democratische samenleving.

Burgerlijke ongehoorzaamheid: een fundamenteel democratisch instrument

Burgerlijke ongehoorzaamheid is het intentioneel en publiekelijk overtreden van de wet op geweldloze wijze, om een wet of overheidsbeleid die de grondrechten van mensen schenden aan de kaak te stellen en op te roepen tot de hervorming ervan.

Burgerlijke ongehoorzaamheid stelt de rechtsstaat niet ter discussie, maar richt zich op specifieke wetgevingen of beleidsbepalingen. Het doel ervan is om bepaalde onderwerpen centraal te stellen in het publieke debat en op die manier het democratisch karakter van een staat te versterken.

Dat is niet alleen compatibel met de democratie, het is zelfs essentieel voor het goed functioneren ervan, in het bijzonder wanneer alle juridsiche en politieke middelen zijn uitgeput. In combinatie met andere vormen van legale acties kan burgerlijke ongehoorzaamheid helpen om de strijd te winnen in het voordeel van rechten en rechtvaardigheid.

Oost-Afrika – Bescherming van de burgerlijke ruimte: via Procesvoering in het Algemeen Belang

In 2022 lanceerde het Oost-Afrikaanse kantoor van ASF een project dat drie landen in de regio bestrijkt: Burundi, Tanzania en Oeganda. Het doel van het project is bij te dragen tot de bevordering van de rechtsstaat door het begrijpen en gebruiken van regionale mensenrechteninstellingen, -mechanismen en -instrumenten door plaatselijke middenveldorganisaties.

In de praktijk richt het project zich op het bevorderen van het gebruik van procesvoering in het algemeen belang als een instrument om invloed uit te oefenen, om positieve hervormingen teweeg te brengen op het vlak van de burgerlijke ruimte en vrijheden. In haar interventielanden heeft ASF bestaande en aankomende gedingen geïdentificeerd die geleid worden door middenveldorganisaties. Via het project wordt financiële en technische steun verleend aan deze gedingen, samen met een strategische reflectie over hoe hun bereik kan worden vergroot door middel van pleitbezorging en externe engagementen. Een belangrijk aspect van het project, gezien de regionale aard ervan, is ook het ondersteunen van zaken die regionale mechanismen mobiliseren zoals het Oost-Afrikaanse Hof van Justitie of het Afrikaanse Hof voor Mensen- en Volkerenrechten (ACHPR).

Met de steun van de Pan African Lawyers’ Union, werkt ASF aan juridische voorstellen voor de ACHPR over het recht op vereniging, die een dozijn Afrikaanse staten bestrijken. Onze waarnemingen en juridische analyses brachten ons tot de overtuiging dat de praktijken en wetten die van toepassing zijn op NGO’s in heel wat Afrikaanse staten in strijd zijn met de vrijheid van vereniging. Deze voorstellen zijn gericht op het handhaven van fundamentele burgerlijke vrijheden en het opleggen van een positieve verplichting aan de staten om de geldende wetten te hervormen en een einde te maken aan praktijken die het recht op vereniging schenden. 

ASF biedt ook financiële en technische ondersteuning voor een grondwettelijke petitie die door middenveldorganisaties, waaronder Chapter Four, is ingediend bij het Oegandese Grondwettelijk Hof om de grondwettelijkheid aan te vechten van de wet op computermisbruik, die in oktober 2022 werd gestemd. Hoewel dit controversiële stuk wetgeving door de regering is geprezen als een noodzakelijke bescherming van de privacy in het digitale tijdperk, wordt het door veel lokale middenveldorganisaties gezien als een schending van de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid.

ExPEERience Talk #11 – De Campagne voor de dekriminalistie van armoede en activisme : een wereldwijde noodsituatie, een internationale campagne

  • Wanneer? 5 Oktober – 12u (GMT+1, Tunis) ; 13u (GMT+2, Brussel)
  • Taal: Frans
  • Gratis online evenement – Registratie verplicht

Deze 11e ExPEERience Talk is gewijd aan de Campagne voor de dekriminalistie van armoede en activisme (‘Campaign for the Decriminalisation of Poverty, Status and Activism’). Verschillende leden van de Campagne zullen de historiek, werking en eerste successen van de Campagne toelichten, evenals de uitdagingen en mogelijkheden bespreken die het netwerken van een brede waaier aan actoren met zich meebrengt om zulks een wereldwijd en systemisch probleem aan te pakken.

Overal ter wereld hebben wetten en politie- en strafrechtpraktijken de neiging om bevolkingsgroepen in kwetsbare of gemarginaliseerde situaties (armen, daklozen, LGBTQI+-personen, sekswerkers, migranten, etc.) onevenredig te controleren, te arresteren en op te sluiten. Kleine overtredingen zoals bedelen, openbare ordeverstoring, drugsgebruik, landloperij… worden tegen deze mensen gebruikt met als enige doel om datgene wat ze vertegenwoordigen in de maatschappij te criminaliseren in plaats van de overtredingen die ze hebben begaan. In veel landen is er ook een vernauwing van de civiele ruimte en het gebruik van het strafrecht om activisme en afwijkende meningen de kop in te drukken. Deze fenomenen zijn diep geworteld in de wetgevingen, instellingen en praktijken van staten over de hele wereld.

Tijdens deze ExPEERience Talk zullen sprekers van verschillende lid organisaties van de Campagne de zeer reële gevolgen van deze repressieve wetten en praktijken voor het maatschappelijk middenveld en het grote publiek illustreren. Ze zullen het ook hebben over de verschillende acties die in het kader van de campagne worden ondernomen: gezamenlijk onderzoek, rechtszaken en lobbyen bij nationale en internationale instellingen.

Tot nu toe wordt de Campagne gesteund door zo’n vijftig maatschappelijke organisaties uit verscheidene landen. Het objectief is om de voorwaarden te scheppen voor een wereldwijde verandering in strafrechtelijke en sociale wetgevingen, beleid en praktijken via de mobilisatie van  een transnationale en multisectoriële strategie.

Speakers

  • Khayem Chemli – Head of advocacy at ASF – Euromed region (moderator)
  • Soheila Comninos – Senior program manager at Open Society Foundations
  • Arnaud Dandoy – Research & Learning Manager at ASF – Euromed region
  • Asmaa Fakhoury – Country director ASF Morocco
  • Maria José Aldanas – Policy Officer at FEANTSA

De campagne voor decriminalisering van armoede, activisme en status

De volgende ExPEERience Talk (webinar) georganiseerd door AdZG en haar Justice ExPEERience netwerk zal het thema van de campagne behandelen. Het vindt plaats op donderdag 5 oktober 2023 om 12u (Tunis) – 13u (Brussel). Inschrijven kan nu, deelname is gratis.

De Campagne voor de Decriminalisering van Armoede, Status en Activisme, gelanceerd in Afrika, Zuid-Azië, Noord-Amerika en het Caribische gebied, wordt gedragen door een coalitie van middenveldorganisaties die oproepen tot de herziening en intrekking van wetten die mensen treffen vanwege hun (sociale, politieke of economische) status of hun activisme.

In veel landen zijn de strafprocedure, het wetboek van strafrecht en de ordehandhaving nog steeds een afspiegeling van een koloniale erfenis. Strafbare feiten uit het koloniale tijdperk, zoals landloperij, bedelen of ordeverstoring, worden vaak gebruikt tegen de meest kwetsbaren (daklozen, mensen met een handicap, drugsgebruikers, LGBTIQ+, sekswerkers, migranten, etc.), met als enige doel het criminaliseren van wat zij vertegenwoordigen in de samenleving in plaats van de strafbare feiten die ze hebben gepleegd.

Tegelijkertijd wordt in verschillende van deze landen het strafrecht gebruikt om activisme en afwijkende meningen de kop in te drukken. Opruiingswetten die dateren uit de koloniale tijd en recentere wetten i.v.m. de openbare orde zijn bijvoorbeeld alomtegenwoordige instrumenten die door staten worden ingezet om protest de kop in te drukken en de vrijheid van meningsuiting te beperken. Staten gebruiken het veiligheidsapparaat, het rechtssysteem en detentie tegen individuen en groepen die geen gevaar vormen voor de veiligheid van burgers, maar eerder om de status quo en de privileges van een minderheid te handhaven.

Dit machtsmisbruik heeft een grote impact op de mensenrechten en uit zich in discriminatie, het gebruik van dodelijk geweld, foltering, willekeurige en buitensporige opsluiting, buitenproportionele straffen en onmenselijke detentieomstandigheden. Deze situatie wordt nog verergerd door een combinatie van verschillende vormen van onderdrukking op basis van geslacht, leeftijd, handicap, ras, etnische afkomst, nationaliteit en/of sociale klasse van mensen die al gemarginaliseerd zijn. De bevolkingsgroepen die het zwaarst getroffen worden door deze criminalisering van status, armoede en activisme zijn ook de bevolkingsgroepen die het zwaarst getroffen worden door fenomenen als overbevolking in de gevangenissen, voorlopige hechtenis, verlies van gezinsinkomen, verlies van werk, enz.

In 2021 behaalde de campagne, die advocaten, juristen, leden van de rechterlijke macht, activisten en deskundigen van meer dan 50 organisaties samenbrengt, een aantal belangrijke overwinningen, waaronder baanbrekende processen tegen verschillende wetten voor nationale rechtbanken in Afrika. Hiertoe behoren de goedkeuring van de beginselen over de decriminalisering van kleine vergrijpen door de Afrikaanse Commissie voor de rechten van mensen en volken en de bepaling door het Pan-Afrikaanse Parlement in 2019 van richtlijnen voor een normatieve/modelwet inzake politiewerk.

De campagne is daarom een echte kans voor een wereldwijde verandering in strafrecht en sociale wetten, beleid en praktijken. Voor het eerst richt het maatschappelijk middenveld zich op de gemeenschappelijke disfuncties van het strafrechtsysteem en legt het onder andere verbanden tussen koloniale strafwetgeving en de criminalisering van armoede, in een wereldwijde context van krimpende burgerlijke ruimte.

Tot op vandaag werd de campagne georganiseerd door verschillende comités: een globaal comité, waarvan ASF lid is, en thematische en geografische subgroepen om een grotere representativiteit van de stakeholders en een grotere impact te garanderen.

Advocaten Zonder Grenzen is lid van de coördinerende comités van respectievelijk de subgroepen Francofonie en Noord-Afrika. Deze opbouw is bedoeld om de onderzoeksdoelstellingen, prioriteiten en doelstellingen van de campagne op het gebied van belangenbehartiging en bewustmaking verder te versterken.

Ter gelegenheid van de 18de edite van de Sommet de la Francophonie, gehouden in Djerba op 19 en 20 november 2022, organiseerden ASF en haar partners binnen de Tunesische coalitie gelijktijdig een evenement in Djerba voor de decriminalisering van kleine vergrijpen en armoede, waarbij eisen werden gesteld aan de Organisation Internationale de la Francophonie (OIF), vervat in een openbaar document getiteld de “Déclaration de Djerba“. De ondertekenaars zijn van mening dat de OIF een centrale rol zou kunnen en moeten spelen in het bevorderen van de waarden van de mensenrechten, en het decriminaliseren van kleine vergrijpen zou moeten promoten. Deze kleine vergrijpen zijn niet alleen discriminerend van aard, maar zorgen ook voor meer overbevolking in de gevangenissen waardoor vervolgens de onmenselijke en vernederende detentieomstandigheden verergeren.

De Franstalige subgroep, waarvan ASF lid is, startte in maart 2023 met een reeks interne overlegvergaderingen. Deze zouden moeten leiden tot het opstellen van een charter dat de gemeenschappelijke visie en doelstellingen van de leden zal samenbrengen. Dit charter zal vervolgens als basis dienen voor een belangenbehartigingsstrategie bij invloedrijke actoren zoals de Europese Unie en haar lidstaten, de Afrikaanse Unie en haar lidstaten, de verschillende Europese instellingen die verantwoordelijk zijn voor het samenwerkingsbeleid en de instellingen en mechanismen van de Verenigde Naties.

De Euro-mediterrane hub

Dit artikel komt uit het jaarverslag 2022 van AdZG.

ASF besliste in 2018 om een regionale hub op te richten in de Euro-mediterrane regio, meer bepaald in Tunis. Hiermee streefden we ernaar om de middelen te bundelen en de acties in de regio te versterken en te harmoniseren. Het vernieuwende van de regionale afdeling is dat men oog heeft voor de historische, economische, politieke en culturele banden die bestaan tussen de twee kusten van de Middellandse Zee, en dat hiermee rekening wordt gehouden om op regionaal niveau een samenhangende en efficiënte actie op te zetten.

De Euromed hub bestaat uit vijf leden en de landendirecteurs voor Marokko en Tunesië. De hub verzamelt en analyseert gegevens uit de praktijk om besluitvormingsprocessen op nationaal en Europees niveau aan te sturen. De hub biedt strategische begeleiding aan de kantoren in de regio en identificeert mogelijkheden voor het ontwikkelen en consolideren van partnerschapsnetwerken op zowel nationaal als regionaal niveau. De hub biedt ook technische ondersteuning aan de landenkantoren op het vlak van financieel beheer en personeelszaken.

Drie bij uitstek transnationale en mondiale kwesties, die op hun eigen manier de betrekkingen tussen de twee kusten van de Middellandse Zee bepalen, werden geïdentificeerd als thematische prioriteiten voor de regio:

a)            Migratie: alle landen ten zuiden van de Middellandse Zee zijn herkomst- (Tunesië, Marokko) en doorreislanden (Algerije, Libië) van migranten. Aan Europese zijde neemt migratie een buitensporige plaats in het publieke debat in en het beleid van de Europese Unie en haar lidstaten schendt de grondrechten van migranten.

b)            Vrijheden en veiligheid: de strijd tegen terrorisme en gewelddadig extremisme kan leiden tot overheidsbeleid dat de vrijheden en de burgerlijke ruimte beperkt en de democratische transitie en de fundamentele vrijheden van mensen belemmert. Dit geldt zowel ten zuiden als ten noorden van de Middellandse Zee, waar een wildgroei aan uitzonderingen volgens het principe van de rechtsstaat om gezondheids- en veiligheidsredenen een bedreiging vormt voor de “geconsolideerde democratieën” van het Europese continent. 

c)            Bestrijding van de straffeloosheid van economische spelers: economische belangen houden een systeem van afhankelijkheid in stand van het zuiden ten opzichte van het noorden van het Middellandse Zeegebied. Het gedrag van Europese economische spelers in Afrika heeft een grote invloed op de toename van sociale ongelijkheid en op het milieu, en kan soms een bepalende factor zijn bij conflicten (op lokaal, nationaal en internationaal niveau).

Het jaarverslag van AdZG is beschikbaar

Het team van Advocaten Zonder Grenzen is verheugd u haar laatste jaarverslag voor te stellen.

We hebben een lange weg afgelegd sinds AdZG in 1992 werd opgericht door een groep Belgische advocaten. In die 30 jaar tijd hebben honderden mensen bijgedragen om de vereniging te maken tot wat ze vandaag is: een militante organisatie, actief in een tiental landen, die stijdt tegen onrecht, ijvert voor een rechtsstaat gebaseerd op mensenrechten en voor een betere toegang tot het gerecht, dit alles in nauwe samenwerking met talrijke nationale en internationale actoren.

Deze ervaring, de lokale verankering van onze acties en de sterke banden die we hebben gesmeed met mensenrechtenverdedigers uit alle hoeken van de wereld, geven ons de kracht om impactvolle acties te blijven opzetten ten dienste van bevolkingsgroepen in kwetsbare situaties (vrouwen, kinderen, de LGBTQI+-gemeenschap, etnische minderheden, mensen in detentie, mensen in migratiesituaties, enz.)

Maar de uitdagingen zijn talrijk. Overal ter wereld worden middenveldorganisaties en mensenrechtenverdedigers geconfronteerd met zorgwekkende ontwikkelingen en trends: de opkomst van autoritaire regimes, de inkrimping van de burgerlijke ruimte, het groeiende wantrouwen van het publiek in instellingen, toegenomen sociale spanningen, enzovoort.

Mensenrechtenverdedigers werken in een context die hen steeds vijandiger gezind is. De begrippen mensenrechten en rechtsstaat zelf worden in twijfel getrokken. Activisten, advocaten en journalisten die opkomen voor de fundamentele rechten van kwetsbare bevolkingsgroepen worden steeds vaker systematisch het doelwit van onliberaal repressief beleid.

Elke bladzijde van dit rapport getuigt van de kracht van de vlam die degenen drijft die zich inzetten voor de verdediging van de mensenrechten in het hart van onze samenlevingen, met gevaar en risico voor hun eigen vrijheid. Dit verslag is een eerbetoon aan ieder van hen.

600 dagen na artikel 80: van een noodtoestand naar de vestiging van een autocratie

De Alliance pour la Sécurité et les Libertés (ASL), waarvan ASF deel uitmaakt, publiceerde haar vijfde rapport over de rechtsstaat en de vrijheden in Tunesië. In de nasleep van de staatsgreep van president Saïed op 25 juli 2021, startte ASL met de kwantitatieve en kwalitatieve monitoring en analyse van de gebeurtenissen, beslissingen en reacties die volgden op de controversiële stemming over de nieuwe Tunesische grondwet op 25 juli 2022. Ondertussen zijn we aan de vijfde editie toe.

Meer dan anderhalf jaar geleden, op 25 juli 2021, stelde president Saïed artikel 80 van de grondwet in werking en kondigde hij de noodtoestand af. Deze datum markeerde de start van de ontmanteling van de instellingen die voortvloeiden uit de transitie na 2011: parlement bevroren en vervolgens ontbonden, grondwettelijke instanties ontbonden, volledige bevoegdheden per decreet, ratificatie van een Grondwet die eenzijdig door Saïed is opgesteld en in verderfelijke omstandigheden is aangenomen…

Het beeld dat deze nieuwsbrief schetst laat weinig twijfel bestaan over de autocratische bedoelingen van president Saïed en zijn wens om het hoofdstuk van de democratische transitie in Tunesië definitief af te sluiten. Hij legt eenzijdig een politiek project op dat vaag van opzet is maar absoluut verticaal, autoritair en populistisch.

Uit de monitoring- en analysewerkzaamheden van ASL komen verschillende trends en ontwikkelingen naar voren.

Op institutioneel vlak werd de periode gekenmerkt door de stemming over en de bekrachtiging van de nieuwe grondwet, waarbij de uitvergroting van de uitvoerende macht werd bekrachtigd ten nadele van de wetgevende en rechterlijke macht, die aanzienlijk werden verzwakt. De verkiezingen die voorafgingen aan de stemming over de grondwet en de verkiezing van de eerste kamer van het parlement werden gekenmerkt door hun onverenigbaarheid met de verkiezingsnormen en door een historisch lage opkomst. De rechterlijke macht wordt nog steeds aangevallen en ontmanteld tegen de achtergrond van een grote sociaal-economische crisis.

Tegelijkertijd worden de rechten en vrijheden nog steeds verder uitgehold, in een context van instrumentalisering van het justitie- en veiligheidsapparaat en onderdrukking van tegenstanders, pers en vakbonden. Willekeurige administratieve maatregelen ter beperking van de vrijheden en de goedkeuring van vrijheidsbeperkende wetten-decreten zijn gemeengoed geworden. De afgelopen maanden werden ook gekenmerkt door een campagne van racistisch geweld – ondersteund door de haatdragende retoriek van de staat – tegen Sub-Saharaanse bevolkingsgroepen, op een moment dat steeds meer migranten (al dan niet uit Tunesië) met gevaar voor eigen leven Europa over zee proberen te bereiken.

Ten slotte wordt de greep op de oppositie, die moeite heeft een verenigd front te vormen tegen het regime, steeds sterker. Het politieke toneel blijft instabiel en verschuift. Verschillende (burgerlijke en politieke) oppositie-initiatieven bestaan naast elkaar, maar slagen er niet in een oppositiemacht te vormen die de autoritaire plannen van de president kan aanpakken, terwijl sommige van de bondgenoten zich distantiëren.

Op het internationale toneel is Tunesië bezig zich te isoleren. Sinds de golven van arrestaties van publieke figuren in de afgelopen maanden en de inzet van xenofobe retoriek tegen Sub-Saharaanse migranten volgen de veroordelingen zich op en nemen ze toe. Binnen deze context levert de president diplomatieke inspanningen, met name bij Arabische staten, om internationale steun te verkrijgen.

Alliance Sécurité et Libertés

De Alliance pour la Sécurité et les Libertés (ASL) is een alliantie van Tunesische en internationale middenveldorganisaties gevestigd in Tunesië die, in het verlengde van de Revolutie voor Vrijheid en Waardigheid, denkt, handelt en mensen mobiliseert opdat Tunesië de opbouw van een democratische staat realiseert waarbij het overheidsbeleid ten dienste staat van de burgers en vrede, eerbiediging van de mensenrechten en gelijkheid garandeert.

Egypte: bezorgdheid over de opsluiting van mensenrechtenadvocaat Malek Adly

De Internationale Vereniging van Jonge Advocaten (AIJA – International Association of Young lawyers) en ASF is ernstig bezorgd over de opsluiting van mensenrechtenadvocaat Malek Adly nadat hij vorige week in Caïro werd gearresteerd. Beide organisaties vragen voor respect voor het recht op vrijheid van beroep voor juridische beroepen in Egypte. Adly is een vooraanstaande mensenrechtenadvocaat en directeur van het Advocatennetwerk aan het Egyptisch Centrum voor Economische en Sociale Rechten (ECESR). Hij is ook medestichter van het Front for Defending Egypt’s Protesters, een groep van 34 mensenrechtenorganisaties en verschillende advocaten. Dat front houdt zich bezig met het documenteren van illegale praktijken van de nationale politie tegen vreedzame betogers. Op 23 april 2016 werd een arrestatiebevel tegen Adly uitgevaardigd op grond van een oproep tot protest tegen de beslissing van President Abdel-Fattah al-Sisi om twee eilanden in de Rode Zee die worden beheerd door Egypte weg te geven aan Saudi-Arabië evenals tegen de schendingen van de mensenrechten door de Egyptische veiligheidsdiensten. Adly’s arrestatie volgt op een golf van meer dan 1.200 arrestaties in Egypte na de protesten tegen de beslissing van de President over de eilanden. Adly’s verdediging beweert dat hij bij zijn arrestatie op 5 mei 2016 ernstig mishandeld werd door het veiligheidspersoneel en heeft vorderingen ingediend bij verschillende autoriteiten wegens schendingen ten aanzien van Adly bij zijn arrestatie en onderzoek. De mensenrechtenadvocaat zal 15 dagen aangehouden blijven in afwachting van het onderzoek naar een lijst aantijgingen, waaronder de poging om het huidige bewind omver te werpen, de aansluiting bij een verboden organisatie en het verspreiden van valse berichten, wat hij allemaal ontkende tijdens het verhoor. AIJA en ASF roepen de Egyptische autoriteiten op om de Egyptische Grondwet en hun internationale verplichtingen onvoorwaardelijk in acht te nemen, alsook de fundamentele rechten zoals de vrijheid van meningsuiting en het recht om het beroep van advocaat vrij uit te oefenen, te respecteren. Als internationale NGO die gespecialiseerd is in rechtstoegang, implementeert ASF een regionaal programma om het toepassingsgebied van vrije meningsuiting in de Midden Oosten en Noord Afrika (MENA)-regio te promoten en uit te breiden. De huidige strafcampagne tegen advocaten als Malek Adly, Ahmed Abdallah, die aan hoofd staat van de Raad van de Egyptische Commissie voor Rechten en Vrijheden (ECRF) en die op 25 april j.l. gearresteerd werd, en vele andere mensenrechtenactivisten vormt een ernstige bedreiging voor de vrije meningsuiting in Egypte. Samen met ASF heeft Adly bijgedragen aan de jaarlijkse conferentie van AIJA die plaatsvond in Londen in 2015. Hij vertelde er over de uitdagingen voor een mensenrechtenadvocaat in het kader van de nationale opstand en de overgang naar democratie in Egypte. Zijn keynote speech over de rol van de advocaat in het beschermen van de vrije meningsuiting heeft vele jonge Europese advocaten met de neus op de feiten gedrukt.
Foto © ECESR

Woorden uit Kinshasa (2/3): “Mijn weddenschap: leven in een land zonder onrecht”

Kinshasa, 7 maart 2016 – In de DR Congo blijft het opkomen voor de rechten van de slachtoffers van onrecht en het uitoefenen van de fundamentele vrijheden een uitdaging. Desondanks het falen van het rechtssysteem en soms bedreigingen, blijven mannen en vrouwen strijden voor hun ideaal van een rechtvaardigere wereld. De tweede van drie ontmoetingen is met journaliste Nathalie Kapela, gespecialiseerd in kwesties van het rechtssysteem.

Nathalie Kapela, die afkomstig is van Kinshasa, heeft een communicatieopleiding en sinds 2000 actief in de informatiesector. Al zeer snel heeft ze interesse voor gevoelige onderwerpen als de overexploitatie van de bossen en het gebrek aan respect voor de wetgeving ter zake. Het ontbreekt de Congolese pers echter aan middelen: 80% van de televisiezenders en radiostations is commercieel, en dus afhankelijk van adverteerders, of wordt ondersteund door politici. “In deze omstandigheden wordt het behandelen van zogenaamd georiënteerde onderwerpen snel problematisch“, legt Nathalie Kapela uit.

Een reportage die zij maakte in een randgemeente van de Congolese hoofdstad bevestigt de interesse van de jonge vrouw voor juridische zaken. “De ontdekking van de precaire levensomstandigheden van de mensen heeft mij diep geraakt. De kloof tussen mijn commentaar op antenne en de werkelijkheid op het terrein was echt enorm“, zegt de journaliste-presentatrice. Ze besluit de televisiezender waarvoor ze werkt te verlaten en zich te wijden aan vraagstukken over mensenrechten en goed bestuur.

In 2008 richt zij haar eigen videoproductiehuis op. Haar eerste reportage handelt over de corruptie in de magistratuur. “Ik wilde aantonen dat iedereen – rijk of arm – die de wet overtreedt, gestraft moet worden“, herinnert ze zich.

De reportages voor haar programma ‘Gerechtelijk nieuws’ worden op televisie uitgezonden, vooral dankzij internationale financiering. Ze onderneemt administratieve stappen om het concept van haar programma te laten beschermen, maar stuit al snel op tegenwerking, en dat tot op ministerieel niveau. “Ik besloot toen om deze toestand op antenne aan te klagen, met als gevolg dat, als een donderslag bij heldere hemel, mijn programma geschorst werd!” De journaliste dient daarop een klacht in bij de Hoge Raad voor de Audiovisuele Media en Communicatie. Zonder succes, ondanks de openbare steun van verschillende Europese landen. “Vervolgens werd ik gedagvaard voor valse beschuldigingen en ontving ik zelfs bedreigingen via sms“, getuigt Nathalie Kapela.

Vandaag is haar eis om de schorsing van haar programma op te heffen aanhangig bij het Hooggerechtshof. “Sinds 2014 volgen twee advocaten van ASF mijn zaak bij het Hof op”, verduidelijkt de journaliste, die intussen nieuwe reportages gemaakt heeft die op andere televisiezenders uitgezonden werden.

In afwachting van een uitspraak van de rechtbank zet Nathalie Kapela haar strijd voort, ondanks de intimidatie en de druk die op haar en haar team uitgeoefend wordt. “Mijn grootste vrees is mijn weddenschap te verliezen: leven in een land zonder onrecht. Want de armoede is hier schrijnend en de corruptie wijdverspreid. Maar onze uitzendingen bevorderen de gerechtelijke cultuur. De mensen vragen inlichtingen en reageren. De overtuiging dat een veranderende cultuur ervoor zorgt dat mensenrechten meer en meer gerespecteerd worden, sterkt mij in mijn strijd“.

Foto: De persvrijheid in de DR Congo, een uitdaging. Kinshasa, 2015 © ASF / G. Van Moortel

Proces Mansouri: zedenzaak of gerechtelijke intimidatie?

Rabat/Brussel, 15 januari 2016 – De Marokkaanse mensenrechtenactivist Hicham Mansouri zal op 17 januari vrijkomen na een veroordeling tot een gevangenisstraf van tien maanden en een boete van 20.000 dirham voor medeplichtigheid aan overspel. Advocaten Zonder Grenzen (ASF) maakt zich zorgen over de praktijk van gerechtelijke intimidatie aan het adres van voorvechters van de vrijheid van meningsuiting. Naar aanleiding van de publicatie van het observatierapport van het proces wijst de ngo er nogmaals op dat het heel belangrijk is dat het recht op verdediging en de voorwaarden voor een eerlijk proces worden gerespecteerd.

Op 17 maart 2015 forceerden een tiental politieagenten in burger de deur van de verblijfplaats van de heer Mansouri in Rabat. Op het moment van de arrestatie kreeg de heer Mansouri geen enkel aanhoudingsbevel te zien. Hij werd in elkaar geslagen, ter plaatse uitgekleed en vervolgens aangehouden, alvorens hij in afwachting van zijn proces in voorlopige hechtenis werd geplaatst. Bovendien kon de heer Mansouri tijdens de eerste 24 uur van zijn gevangenschap geen contact opnemen met zijn familie of zijn advocaat.

Op 30 maart 2015 veroordeelde de rechtbank van eerste aanleg van Rabat de heer Hicham Mansouri uit hoofde van het Marokkaanse wetboek van strafrecht tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden en een boete van 20.000 dirham (ongeveer 2.000 euro) voor medeplichtigheid aan overspel.

ASF organiseerde via een advocaat die lid is van het International Legal Network van ASF, een gerechtelijke observatie van het proces. Deze interventie kaderde in het ASF-project ‘Kalima’, dat de vrijheid van meningsuiting en de bescherming van journalisten en bloggers in Marokko, Tunesië en Egypte wil bevorderen.

Naar aanleiding van de vrijlating van de heer Mansouri publiceert ASF het observatierapport van zijn proces. Het rapport werpt een aantal cruciale vragen op rond wat wordt geacht een eenvoudige zedenzaak te zijn. Waarom werd de verdachte in voorlopige hechtenis geplaatst? Waarom hebben de juridische autoriteiten deze zaak zo snel behandeld? Waarom hebben de veiligheidsdiensten tijdens de zittingen zulke veiligheidsmaatregelen genomen?

“Die verschillende maatregelen zouden te maken kunnen hebben met de politieke dimensie van deze zaak. Hicham Mansouri is een mensenrechtenactivist, die bekendstaat voor zijn engagement voor de bevordering van de burgerlijke vrijheden en in het bijzonder van de persvrijheid. Dit proces is geen geïsoleerd geval. Het gebeurt spijtig genoeg regelmatig dat men verdedigers van de vrijheid van meningsuiting in hun werk probeert te belemmeren met gerechtelijke vervolgingen”, analyseert Chantal van Cutsem, strategisch coördinatrice bij ASF voor Noord-Afrika en het Midden-Oosten.

Twee weken na zijn vrijlating zal de heer Mansouri opnieuw voor de rechtbank van eerste aanleg van Rabat moeten verschijnen, samen met zes andere mensenrechtenactivisten en journalisten. Wegens hun activiteiten voor de verdediging van de mensenrechten worden ze beschuldigd van een ‘aanslag op de staatsveiligheid’.

“Nu het proces van de activisten weldra van start gaat, is de gerechtelijke intimidatie aan het adres van voorvechters van de vrijheid van meningsuiting en verdedigers van de mensenrechten onrustwekkend”, zegt Chantal van Cutsem.

ASF wijst er nogmaals op dat het heel belangrijk is dat het recht op verdediging, de voorwaarden voor een eerlijk proces en de internationale standaarden worden gerespecteerd.