In mei 2021 kondigde de Congolese staat de uitzonderlijke staat van beleg af in de provincie Ituri, in een poging om een einde te maken aan meer dan drie decennia van oorlogen, opstanden en gewelddadige gewapende conflicten. Die speelden zich af tegen de achtergrond van een politieke legitimiteitscrisis, een identiteitscrisis en regionale concurrentie om de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen.
De combinatie van verscheidene crisissen en gewapende conflicten heeft geleid tot ernstige schendingen van de mensenrechten en een toenemende verzwakking van het staatsgezag. Al sinds het begin van de jaren 2000 is het land begonnen met politieke onderhandelingen, diplomatieke uitwisselingen, militaire operaties en de organisatie van algemene verkiezingen in de hoop om zo een einde te maken aan de verschillende gewapende conflicten, maar tot nu toe is er weinig succes geboekt.
In dit rapport wordt de balans opgemaakt van de uitvoering van de maatregelen in verband met de staat van beleg en de nefaste gevolgen daarvan voor de rechten van de bevolking en de rechtspraak, met bijzondere aandacht voor de provincie Ituri. Na het instellen van de staat van beleg werden alle rechtszaken die bij burgerlijke rechtbanken in behandeling waren overgedragen aan de militaire rechtbanken, waardoor de rechtsgang in de regio aanzienlijk werd vertraagd. De militaire rechtbanken, die over zeer weinig personeel beschikken, werden al snel overspoeld door deze toevloed van zaken. Bovendien beschikken de magistraten en het gerechtelijk personeel van die rechtbanken en gerechtshoven niet over de nodige kwalificaties om civiele zaken te behandelen.
Daar komt nog bij dat de rechtbanken en gerechtshoven geconcentreerd zijn rond de grote agglomeraties, waardoor ze moeilijk toegankelijk zijn voor mensen uit landelijke gebieden, zeker in een regio waar iedere verplaatsing ernstige risico’s op onveiligheid met zich meebrengt.
De beschouwingen in het rapport zijn het resultaat van observaties van de werking van de staats- en rechtssystemen, van praktijken ter ondersteuning van slachtoffers van massamisdaden en verdachten die van hun vrijheid zijn beroofd, en van uitwisselingen met alle institutionele en civiele actoren die betrokken zijn bij de rechtstoegang van de bevolking. Het rapport analyseert de contouren van de uitvoering van de maatregelen in het kader van de staat van beleg en de werking van het justitiële en veiligheidssysteem. Op basis daarvan stelt het een reeks realistische aanbevelingen voor aan de autoriteiten en andere belanghebbenden met het oog op het opheffen van de staat van beleg, na de geleidelijke versoepeling ervan aangekondigd in oktober 2023.