De campagne voor decriminalisering van armoede, activisme en status

De volgende ExPEERience Talk (webinar) georganiseerd door AdZG en haar Justice ExPEERience netwerk zal het thema van de campagne behandelen. Het vindt plaats op donderdag 5 oktober 2023 om 12u (Tunis) – 13u (Brussel). Inschrijven kan nu, deelname is gratis.

De Campagne voor de Decriminalisering van Armoede, Status en Activisme, gelanceerd in Afrika, Zuid-Azië, Noord-Amerika en het Caribische gebied, wordt gedragen door een coalitie van middenveldorganisaties die oproepen tot de herziening en intrekking van wetten die mensen treffen vanwege hun (sociale, politieke of economische) status of hun activisme.

In veel landen zijn de strafprocedure, het wetboek van strafrecht en de ordehandhaving nog steeds een afspiegeling van een koloniale erfenis. Strafbare feiten uit het koloniale tijdperk, zoals landloperij, bedelen of ordeverstoring, worden vaak gebruikt tegen de meest kwetsbaren (daklozen, mensen met een handicap, drugsgebruikers, LGBTIQ+, sekswerkers, migranten, etc.), met als enige doel het criminaliseren van wat zij vertegenwoordigen in de samenleving in plaats van de strafbare feiten die ze hebben gepleegd.

Tegelijkertijd wordt in verschillende van deze landen het strafrecht gebruikt om activisme en afwijkende meningen de kop in te drukken. Opruiingswetten die dateren uit de koloniale tijd en recentere wetten i.v.m. de openbare orde zijn bijvoorbeeld alomtegenwoordige instrumenten die door staten worden ingezet om protest de kop in te drukken en de vrijheid van meningsuiting te beperken. Staten gebruiken het veiligheidsapparaat, het rechtssysteem en detentie tegen individuen en groepen die geen gevaar vormen voor de veiligheid van burgers, maar eerder om de status quo en de privileges van een minderheid te handhaven.

Dit machtsmisbruik heeft een grote impact op de mensenrechten en uit zich in discriminatie, het gebruik van dodelijk geweld, foltering, willekeurige en buitensporige opsluiting, buitenproportionele straffen en onmenselijke detentieomstandigheden. Deze situatie wordt nog verergerd door een combinatie van verschillende vormen van onderdrukking op basis van geslacht, leeftijd, handicap, ras, etnische afkomst, nationaliteit en/of sociale klasse van mensen die al gemarginaliseerd zijn. De bevolkingsgroepen die het zwaarst getroffen worden door deze criminalisering van status, armoede en activisme zijn ook de bevolkingsgroepen die het zwaarst getroffen worden door fenomenen als overbevolking in de gevangenissen, voorlopige hechtenis, verlies van gezinsinkomen, verlies van werk, enz.

In 2021 behaalde de campagne, die advocaten, juristen, leden van de rechterlijke macht, activisten en deskundigen van meer dan 50 organisaties samenbrengt, een aantal belangrijke overwinningen, waaronder baanbrekende processen tegen verschillende wetten voor nationale rechtbanken in Afrika. Hiertoe behoren de goedkeuring van de beginselen over de decriminalisering van kleine vergrijpen door de Afrikaanse Commissie voor de rechten van mensen en volken en de bepaling door het Pan-Afrikaanse Parlement in 2019 van richtlijnen voor een normatieve/modelwet inzake politiewerk.

De campagne is daarom een echte kans voor een wereldwijde verandering in strafrecht en sociale wetten, beleid en praktijken. Voor het eerst richt het maatschappelijk middenveld zich op de gemeenschappelijke disfuncties van het strafrechtsysteem en legt het onder andere verbanden tussen koloniale strafwetgeving en de criminalisering van armoede, in een wereldwijde context van krimpende burgerlijke ruimte.

Tot op vandaag werd de campagne georganiseerd door verschillende comités: een globaal comité, waarvan ASF lid is, en thematische en geografische subgroepen om een grotere representativiteit van de stakeholders en een grotere impact te garanderen.

Advocaten Zonder Grenzen is lid van de coördinerende comités van respectievelijk de subgroepen Francofonie en Noord-Afrika. Deze opbouw is bedoeld om de onderzoeksdoelstellingen, prioriteiten en doelstellingen van de campagne op het gebied van belangenbehartiging en bewustmaking verder te versterken.

Ter gelegenheid van de 18de edite van de Sommet de la Francophonie, gehouden in Djerba op 19 en 20 november 2022, organiseerden ASF en haar partners binnen de Tunesische coalitie gelijktijdig een evenement in Djerba voor de decriminalisering van kleine vergrijpen en armoede, waarbij eisen werden gesteld aan de Organisation Internationale de la Francophonie (OIF), vervat in een openbaar document getiteld de “Déclaration de Djerba“. De ondertekenaars zijn van mening dat de OIF een centrale rol zou kunnen en moeten spelen in het bevorderen van de waarden van de mensenrechten, en het decriminaliseren van kleine vergrijpen zou moeten promoten. Deze kleine vergrijpen zijn niet alleen discriminerend van aard, maar zorgen ook voor meer overbevolking in de gevangenissen waardoor vervolgens de onmenselijke en vernederende detentieomstandigheden verergeren.

De Franstalige subgroep, waarvan ASF lid is, startte in maart 2023 met een reeks interne overlegvergaderingen. Deze zouden moeten leiden tot het opstellen van een charter dat de gemeenschappelijke visie en doelstellingen van de leden zal samenbrengen. Dit charter zal vervolgens als basis dienen voor een belangenbehartigingsstrategie bij invloedrijke actoren zoals de Europese Unie en haar lidstaten, de Afrikaanse Unie en haar lidstaten, de verschillende Europese instellingen die verantwoordelijk zijn voor het samenwerkingsbeleid en de instellingen en mechanismen van de Verenigde Naties.

De Euro-mediterrane hub

Dit artikel komt uit het jaarverslag 2022 van AdZG.

ASF besliste in 2018 om een regionale hub op te richten in de Euro-mediterrane regio, meer bepaald in Tunis. Hiermee streefden we ernaar om de middelen te bundelen en de acties in de regio te versterken en te harmoniseren. Het vernieuwende van de regionale afdeling is dat men oog heeft voor de historische, economische, politieke en culturele banden die bestaan tussen de twee kusten van de Middellandse Zee, en dat hiermee rekening wordt gehouden om op regionaal niveau een samenhangende en efficiënte actie op te zetten.

De Euromed hub bestaat uit vijf leden en de landendirecteurs voor Marokko en Tunesië. De hub verzamelt en analyseert gegevens uit de praktijk om besluitvormingsprocessen op nationaal en Europees niveau aan te sturen. De hub biedt strategische begeleiding aan de kantoren in de regio en identificeert mogelijkheden voor het ontwikkelen en consolideren van partnerschapsnetwerken op zowel nationaal als regionaal niveau. De hub biedt ook technische ondersteuning aan de landenkantoren op het vlak van financieel beheer en personeelszaken.

Drie bij uitstek transnationale en mondiale kwesties, die op hun eigen manier de betrekkingen tussen de twee kusten van de Middellandse Zee bepalen, werden geïdentificeerd als thematische prioriteiten voor de regio:

a)            Migratie: alle landen ten zuiden van de Middellandse Zee zijn herkomst- (Tunesië, Marokko) en doorreislanden (Algerije, Libië) van migranten. Aan Europese zijde neemt migratie een buitensporige plaats in het publieke debat in en het beleid van de Europese Unie en haar lidstaten schendt de grondrechten van migranten.

b)            Vrijheden en veiligheid: de strijd tegen terrorisme en gewelddadig extremisme kan leiden tot overheidsbeleid dat de vrijheden en de burgerlijke ruimte beperkt en de democratische transitie en de fundamentele vrijheden van mensen belemmert. Dit geldt zowel ten zuiden als ten noorden van de Middellandse Zee, waar een wildgroei aan uitzonderingen volgens het principe van de rechtsstaat om gezondheids- en veiligheidsredenen een bedreiging vormt voor de “geconsolideerde democratieën” van het Europese continent. 

c)            Bestrijding van de straffeloosheid van economische spelers: economische belangen houden een systeem van afhankelijkheid in stand van het zuiden ten opzichte van het noorden van het Middellandse Zeegebied. Het gedrag van Europese economische spelers in Afrika heeft een grote invloed op de toename van sociale ongelijkheid en op het milieu, en kan soms een bepalende factor zijn bij conflicten (op lokaal, nationaal en internationaal niveau).

Het jaarverslag van AdZG is beschikbaar

Het team van Advocaten Zonder Grenzen is verheugd u haar laatste jaarverslag voor te stellen.

We hebben een lange weg afgelegd sinds AdZG in 1992 werd opgericht door een groep Belgische advocaten. In die 30 jaar tijd hebben honderden mensen bijgedragen om de vereniging te maken tot wat ze vandaag is: een militante organisatie, actief in een tiental landen, die stijdt tegen onrecht, ijvert voor een rechtsstaat gebaseerd op mensenrechten en voor een betere toegang tot het gerecht, dit alles in nauwe samenwerking met talrijke nationale en internationale actoren.

Deze ervaring, de lokale verankering van onze acties en de sterke banden die we hebben gesmeed met mensenrechtenverdedigers uit alle hoeken van de wereld, geven ons de kracht om impactvolle acties te blijven opzetten ten dienste van bevolkingsgroepen in kwetsbare situaties (vrouwen, kinderen, de LGBTQI+-gemeenschap, etnische minderheden, mensen in detentie, mensen in migratiesituaties, enz.)

Maar de uitdagingen zijn talrijk. Overal ter wereld worden middenveldorganisaties en mensenrechtenverdedigers geconfronteerd met zorgwekkende ontwikkelingen en trends: de opkomst van autoritaire regimes, de inkrimping van de burgerlijke ruimte, het groeiende wantrouwen van het publiek in instellingen, toegenomen sociale spanningen, enzovoort.

Mensenrechtenverdedigers werken in een context die hen steeds vijandiger gezind is. De begrippen mensenrechten en rechtsstaat zelf worden in twijfel getrokken. Activisten, advocaten en journalisten die opkomen voor de fundamentele rechten van kwetsbare bevolkingsgroepen worden steeds vaker systematisch het doelwit van onliberaal repressief beleid.

Elke bladzijde van dit rapport getuigt van de kracht van de vlam die degenen drijft die zich inzetten voor de verdediging van de mensenrechten in het hart van onze samenlevingen, met gevaar en risico voor hun eigen vrijheid. Dit verslag is een eerbetoon aan ieder van hen.

Migratie, een belangrijk strategisch vraagstuk

Mer Méditerranée

Dit artikel is overgenomen van het jaarverslag 2021 van Avocats Sans Frontières.

Sinds 2014 kwamen meer dan 20.000 mensen om het leven toen ze de Middellandse Zee richting Europa probeerden over te steken. Een van de belangrijkste oorzaken van deze hoge tol aan mensenlevens is de beslissing van de Europese lidstaten om de veilige en legale routes naar Europa te sluiten.

Dit beleid wordt in de hand gewerkt door een groeiende intolerantie ten aanzien van migratie, een verharding van de repressie van vreemdelingen, die als een bedreiging van de nationale veiligheid worden beschouwd, en de steeds autoritairder wordende drang van de Europese landen. Om deze redenen maakte het bureau van ASF in Tunis van migratieproblematiek één van haar strategische prioriteiten.

In 2021 startte de organisatie een gezamenlijke actie op met het Tunesische forum voor economische en sociale rechten (FTDES) en de Vereniging voor juridisch onderzoek over immigratie (ASGI), met als doel Tunesische slachtoffers van gedwongen repatriëring uit Italië bij te staan. Dankzij deze bijzondere positie kan het team van ASF in Tunesië zorgen voor relevante en gecontextualiseerde expertise op basis van gegevens die op het terrein werden verzameld en die verband houden met de strategieën van de organisatie inzake belangenbehartiging.

Samen met haar partners spant ASF zich in om via juridische consultaties informatie in te winnen die de kennis en het begrip verbeteren van de controlemechanismes die leiden tot de systematische repatriëring van Tunesiërs uit Italië. Uit de verzamelde gegevens blijkt dat er een discriminerend systeem ten opzichte van Tunesiërs bestaat, waardoor ze hun recht op vrij verkeer niet kunnen uitoefenen. Erger nog, de detentie in hotspots en repatriëringscentra zorgt ervoor dat ze vast komen te zitten in een toestand van grote economische, fysieke en psychologische onzekerheid, waardoor hun kansen op herintegratie in Tunesië worden ondermijnd.

Het toezicht op de detentieomstandigheden in hotspots en repatriëringscentra maakt deel uit van een “grenzeloze” aanpak die het arbitraire en contraproductieve karakter van het migratiebeleid van de Europese lidstaten aan de kaak stelt. In alle fasen van hun migratieparcours worden de migranten blootgesteld aan mishandeling en diverse vernederende praktijken. Dit beleid is des te ondoeltreffender omdat de meeste gerepatrieerde migranten zullen proberen opnieuw de Middellandse Zee over te steken. ASF roept de Europese lidstaten op om hun verplichtingen na te komen en een humaan en mensenrechtenvriendelijk migratiebeleid in te voeren.

Joint statement on the situation of refugees in Greece

The signatories acknowledge the recent decision of the Greek Government to increase the level of deterrence at the borders to the maximum, to stop the registration of asylum applications for one month and to turn back to their country of origin or their country of transit anyone trying to enter into Greece illegally, following the Turkish authorities’ declaration to open its borders and to allow refugees to enter Greece. The Greek Prime Minister claims that these measures are adopted in compliance with Article 78.3 of the Treaty on the Functioning of the European Union – however, this provision does not allow any unilateral decision of a Member State nor does it neutralise the obligation for the European Union and the Member States to respect European law, including the Charter of Fundamental Rights, the right to asylum and the principle of non-refoulement. The statements above take place in the context of significant violations of human rights reported from all sides regarding the treatment of refugees who are held in overcrowded hotspots in the Greek Aegean Islands, whether in relation to their basic needs (including proper housing, hot water, food, heating and sanitation) or to their access to justice (including access to a lawyer, to effective remedies against detention or deportation, and to a fair and transparent procedure for their asylum application) and the general malfunctioning of the Greek asylum system. The treatment of refugees and asylum seekers in Turkey has also been condemned by numerous international human rights organizations, despite the efforts of the Turkish authorities to host thousands of refugees since the beginning of the troubles in Syria in 2011 and to implement a new asylum system. These organizations have reported, in particular, a massive deportation of refugees to the north of Syria, an area described as a “humanitarian nightmare”, where civil populations are exposed to a serious and imminent risk of violations of their human rights. The signatories issue a strong reminder that the European Union “is founded on the indivisible, universal values of human dignity, freedom, equality and solidarity; it is based on the principles of democracy and the rule of law” as stated by the Preamble of the EU Charter for Fundamental Rights and Article 2 of the Treaty on the Functioning of the European Union. The signatories strongly condemn all violation of human rights of those seeking asylum in the European Union. On no account does the protection of the EU’s external borders exempt EU Member States from their obligations under European law, including the EU Charter of Fundamental Rights, the European Convention on Human Rights or the Geneva Convention on Refugees (1951), which all prohibit putting into jeopardy the right to life and which support the right not to receive inhumane or degrading treatment; the principle of non-refoulement of asylum seekers; and the right to asylum and international protection for all displaced persons. None of the current Greek practices of (a) suspending registration of asylum applications (b) pushing back refugees arriving from Turkey (c) deporting refugees back to their countries of origin or countries of transit where they will face continued persecution or (d) containing refugees in overcrowded camps without access to basic needs and access to law, are compatible with international and European laws on human rights. The signatories urge:
  • EU institutions and Member States, while applying Article 78.3 of the Treaty, to take all appropriate urgent measures to resettle and relocate refugees – including both the recent arrivals from Turkey as well as those currently living in overcrowded camps on the Greek Aegean Islands – in acknowledgement of the core EU principles of freedom, equality, solidarity and human dignity;
  • EU institutions and Member States to guarantee to all persons reaching European territory an immediate access to the right to asylum and to refuse to adopt and to condemn and sanction any law or measure aiming to suspend the application of this right or seeking to return refugees to countries where they risk exposure to human rights violations (infringing European and international law, including within the framework of the application of Article 78.3 of the Treaty);
  • EU institutions and Member States to ensure implementation of the 2001/55/CE Directive, specifically adopted to address a large influx of displaced persons in order to grant them a temporary protection;
  • Greek and Turkish authorities to immediately cease all measures jeopardizing the life and dignity of refugees or involving use of force against refugees, in violation of European and international law, and for the European institutions and Member States to condemn and sanction these policies instead of supporting them;
  • EU institutions and Member States to revise their migration policy aiming to externalize the responsibility of migration management to countries not offering sufficient guarantees to respect human rights, and
  • All parties involved to respect human rights and the principle of the Rule of Law, which are guaranteed by the Treaties and the European and international law on human rights and refugees.
  List of signatories IUIA-IROL (Institute for the Rule of Law – International Association of Lawyers) International Federation for Human Rights (FIDH) The European Bars Federation The Conseil National des Barreaux (France) European Association of Lawyers for Democracy & World Human Rights (ELDH) European Democratic Lawyers (AED) Hellenic League for Human Rights / /Ελληνική Ένωση για τα Δικαιώματα του Ανθρώπου και του Πολίτη  (ΕλΕΔΑΠ) Human Rights Association (Turkey) / İnsan Hakları Derneği (İHD) Human Right League Belgium (Belgium FR) Association Syndicale des Magistrats (Belgium) Avocats Sans Frontières (Belgium) Bar of Cassation (Belgium) Ordre des Barreaux Francophones et Germanophone de Belgique (AVOCATS.BE) Bars of Brussel (FR) Bars of Brabant Wallon, Charleroi, Eupen, Huy, Liège, Mons, Tournai and Verviers (Belgium) Bar of Luxembourg Press contact Simon Mallet – smallet@asf.be

ASF krijgt een gift van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking om te strijden tegen de mensenhandel in Tunesië

Wachtebeke (België) – Vandaag heeft Advocaten Zonder Grenzen een bijzondere gift van 50.000 euro ontvangen van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. De Belgische vicepremier en Minister van Ontwikkelingssamenwerking, Alexander De Croo, heeft persoonlijk een cheque overhandigd aan ASF in het kader van het solidariteitsevenement “Music for Life”.

De Vlaamse openbare radiozender Studio Brussel organiseert intussen al voor het twaalfde jaar op rij “Music for Life”. Dit evenement zamelt geld in voor de goede zaak via ludieke acties of op een meer institutionele manier. In totaal delen ongeveer 1.500 goede doelen het verzamelde bedrag.

De Belgische federale regering draagt elk jaar bij aan deze ontzettend populaire golf van solidariteit. Bij de organisaties die geld krijgen via Music for Life, hebben er twee een gift ontvangen van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking: Kiyo, een ngo die actief is op het vlak van kinderrechten, en ASF.

Ik heb dit jaar beslist om het belangrijke werk van ASF te ondersteunen via Music for Life en de Warmste Week. In Tunesië draagt ASF bij aan de strijd tegen het fenomeen van mensenhandel, wat de derde meest lucratieve georganiseerde misdaad ter wereld is. Migranten zonder geldige papieren zijn hier bijzonder kwetsbaar voor”, verklaarde Minister De Croo bij deze gelegenheid (foto). “Met deze bijkomende bijdrage van 50.000 euro kan ASF meer mensen uit deze mensonterende levensomstandigheden halen”, ging hij verder.

Onze bewustmakingscampagne is enkele maanden geleden van start gegaan en informeert de Tunesische burgers over de realiteit van mensenhandel vandaag in hun land. Zo heeft ze de mentaliteit van mensen al kunnen veranderen. De gift die we ontvangen hebben zal ons toelaten om onze activiteiten nog versterken”, verheugt Chantal van Cutsem zich, algemeen directrice van ASF (links op de foto).

Oumayma Mehdi, projectcoördinatrice voor ASF in Tunesië, vult aan: “We hebben een team samengesteld van advocaten die specifiek zijn opgeleid om tussen te komen in dossiers over mensenhandel, en we hebben een handboek ontwikkeld over de toepassing van de wetgeving. We organiseren daarnaast opleidingen voor sociaal werkers die actief zijn binnen de opvangcentra voor slachtoffers. Ook stellen we momenteel een interventieprotocol op dat een optimale bescherming en ondersteuning zal garanderen voor de verschillende actoren. Dankzij deze nieuwe financiering zullen we ook het fenomeen van mensenhandel in Tunesië in kaart kunnen brengen, een documentaire realiseren, onze opleidingen uitbreiden naar het personeel van de Nationale Instantie voor de Strijd tegen Mensenhandel, en een referentiewebsite bouwen. Al deze aspecten zullen bijdragen aan de bescherming en bevordering van de mensenrechten in het land.”

De Belgische Ontwikkelingssamenwerking is een van onze belangrijkste technische en financiële partners. Ons project tegen mensenhandel in Tunesië geniet ook de steun van de Europese Unie. Het wordt uitgevoerd in samenwerking met het Tunesische Forum voor Economische en Sociale Rechten en met de organisatie NOVACT.

Ook u kan Advocaten Zonder Grenzen ondersteunen! Giften vanaf 40 euro zijn fiscaal aftrekbaar. Alvast bedankt!

Foto © Studio Brussel

Ja, vluchtelingen dragen bij aan ontwikkeling

Bujumbura, Burundi, 20 juni 2014 – Dragen vluchtelingen bij aan het leven en de ontwikkeling van hun gastlanden? Volgens Advocaten Zonder Grenzen (AdZG) is het antwoord ja. Ter gelegenheid van Wereldvluchtelingendag trapt AdZG hierrond overigens een bewustmakingscampagne op gang in Burundi. Dit kleine Afrikaanse land, waar maar liefst 50.000 vluchtelingen wonen, kent veel mooie verhalen over solidariteit en toekomstkansen.

“Hier ben ik veilig en vrij”, zegt Congolees vluchteling in Burundi Numbe Chock Bin. “Ik heb een bakkerij geopend in het vluchtelingenkamp Kamuvu en het brood dat wij hier maken, helpt de andere vluchtelingen en ook de Burundezen die in de buurt wonen.”

Numbe Chock Bin is een van de drie Congolese vluchtelingen die hun verhaal vertellen vanaf de vlucht uit hun land van herkomst, waar geweld en angst al jarenlang de boventoon voeren, tot hun integratie in de Burundese samenleving.

De meeste mensen die hun land ontvluchten om in een ander land een onderkomen te vinden, zijn kwetsbaar. Meestal kennen ze hun rechten niet en zijn ze onvoldoende op de hoogte van de procedures om een vluchtelingenstatuut aan te vragen. Soms ook worden ze het slachtoffer van misbruik of seksueel geweld.

“Maar vluchtelingen hebben niet alleen rechten en plichten. Ze kunnen ook bijdragen aan de ontwikkeling”, zegt Axelle Nzitonda, AdZG-projectcoördinatrice in Burundi. “Ter gelegenheid van de werelddag hebben we daarom besloten om levensverhalen naar buiten te brengen die aantonen dat vluchtelingen deelnemen aan het leven en de ontwikkeling van Burundi. We juichen ook de solidariteit van dit gastland toe.” Burundi is namelijk het enige land in het Grote Merengebied dat over een instantie beschikt om asielkwesties te behandelen.

De verhalen worden uitgezonden in de vorm van spots op de Burundese televisie in het kader van het PIDDAR*-project. Dit project werd opgestart in 2012 en heeft als doel de beschermingsmaatregelen en de juridische hulp en bijstand voor vluchtelingen en asielzoekers te versterken en het asiel en de internationale bescherming van vluchtelingen in Burundi te bevorderen.

“Er komen Burundezen naar mijn bakkerij. Ik leer ze brood bakken en dat is een voordeel voor hun toekomst”, zegt Numbe Chock Bin.

Dankzij het PIDDAR-project werden al meer dan 2.800 personen bewustgemaakt van hun rechten; 2.600 anderen genieten onder meer gratis juridisch advies.

Dit AdZG project, gefinancierd door de Europese Unie, wordt georganiseerd ter ondersteuning van het Bureau van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor vluchtelingen (UNHCR) en het Office National de Protection des Réfugiés et des Apatrides, een structuur van het Ministerie van Binnenlandse zaken, die belast is met de bepaling van het vluchtelingenstatuut.

Volgens het UNHCR zijn er momenteel 51,2 miljoen personen – vluchtelingen, ontheemden en staatlozen – die internationale bescherming nodig hebben als gevolg van geweld en onveiligheid in hun eigen land.

*PIDDAR = letterwoord voor “Protection Internationale et Droits des Demandeurs d’Asile et des Réfugiés”.

Ontdek hoe een bakkerij, een leraar et een student, alles vluchtelingen, hun steentje bijdragen (video in thet Frans).

Foto : Numbe Chock Bin, Congolees vluchteling in Burundi, heeft een bakkerij in het vluchtelingenkamp Kamuvu geopend © ASF