Het jaarverslag van AdZG is beschikbaar

Het team van Advocaten Zonder Grenzen is verheugd u haar laatste jaarverslag voor te stellen.

We hebben een lange weg afgelegd sinds AdZG in 1992 werd opgericht door een groep Belgische advocaten. In die 30 jaar tijd hebben honderden mensen bijgedragen om de vereniging te maken tot wat ze vandaag is: een militante organisatie, actief in een tiental landen, die stijdt tegen onrecht, ijvert voor een rechtsstaat gebaseerd op mensenrechten en voor een betere toegang tot het gerecht, dit alles in nauwe samenwerking met talrijke nationale en internationale actoren.

Deze ervaring, de lokale verankering van onze acties en de sterke banden die we hebben gesmeed met mensenrechtenverdedigers uit alle hoeken van de wereld, geven ons de kracht om impactvolle acties te blijven opzetten ten dienste van bevolkingsgroepen in kwetsbare situaties (vrouwen, kinderen, de LGBTQI+-gemeenschap, etnische minderheden, mensen in detentie, mensen in migratiesituaties, enz.)

Maar de uitdagingen zijn talrijk. Overal ter wereld worden middenveldorganisaties en mensenrechtenverdedigers geconfronteerd met zorgwekkende ontwikkelingen en trends: de opkomst van autoritaire regimes, de inkrimping van de burgerlijke ruimte, het groeiende wantrouwen van het publiek in instellingen, toegenomen sociale spanningen, enzovoort.

Mensenrechtenverdedigers werken in een context die hen steeds vijandiger gezind is. De begrippen mensenrechten en rechtsstaat zelf worden in twijfel getrokken. Activisten, advocaten en journalisten die opkomen voor de fundamentele rechten van kwetsbare bevolkingsgroepen worden steeds vaker systematisch het doelwit van onliberaal repressief beleid.

Elke bladzijde van dit rapport getuigt van de kracht van de vlam die degenen drijft die zich inzetten voor de verdediging van de mensenrechten in het hart van onze samenlevingen, met gevaar en risico voor hun eigen vrijheid. Dit verslag is een eerbetoon aan ieder van hen.

Portret van partners 3/4 : De Netwerken van Observatoren

Advocaten Zonder Grenzen, dat sinds 2002 aanwezig is in de Democratische Republiek Congo, zou geen activiteiten kunnen uitvoeren zonder haar partners. En dat is de reden waarom we hen vandaag het woord geven. Deze mannen en vrouwen hebben het met ons over hun dagelijkse leven, hun realiteit en hun overtuigingen. Met deze portrettenreeks willen wij u dan ook voorstellen aan de mensen die de Diocesane Commissie Justitie & Vrede van Boma, de Congolese Liga tegen Corruptie en de Netwerken van Observatoren belichamen.

Zij werken allemaal in de provincie Kongo-Centraal en meer bepaald in de kustregio Muanda in het kader van het project “De belangen van de lokale bevolking een centrale plaats geven in het beheer van natuurlijke hulpbronnen: transparantie, verantwoordingsplicht en rechtsbescherming”. (Lees meer hieronder)

Dankzij dit project kon ASF bijdragen aan de oprichting en/of de heropstart van netwerken van observatoren. Deze zijn onafhankelijk van ASF en worden zelfstandig gemanaged door hun leden. ASF en deze netwerken werken samen om de daadkracht van de bevolking te vergroten, die getroffen is door de activiteiten van winningsbedrijven.

De netwerken zijn samengesteld uit vrouwelijke en mannelijke vertegenwoordigers van dorpen en gemeenschappen. Deze vertegenwoordigers werden aangewezen door hun gemeenschappen vanwege hun engagement en bereidwilligheid. De netwerken hebben als doel om de betrokkenheid van de lokale bevolking bij het beheer van natuurlijke hulpbronnen te verzekeren, en om te verzekeren dat de activiteiten en/of processen transparant zijn en de mensenrechten respecteren. Om dit te bereiken, volgen, verzamelen en documenteren de leden van het netwerk voortdurend mogelijke gevallen van corruptie en schendingen die door private en/of publieke actoren begaan zijn bij de ontginning van natuurlijke hulpbronnen in hun dorpen. Op basis van de verzamelde en geverifieerde gegevens, zetten de leden van de netwerken een proces op van dialoog en consultatie met lokale overheden, vertegenwoordigers van de betrokken bevolkingsgroep en verantwoordelijken. Hiermee willen ze een participatief bestuursmodel voor het beheer van natuurlijke hulpbronnen bevorderen.

Vandaag ontmoeten we de leden van de netwerken in de Muanda-regio. We hebben hen allemaal dezelfde vraag gesteld: Kan u zich in enkele woorden voorstellen en ons uitleggen waarom u deel uitmaakt van een netwerk van observatoren?

Jeanne*: Ik zet mij in voor de meisjes en moeders van mijn dorp.

Ik woon in het dorp Muanda. Ik run er een bedrijf en werk samen met “maréeuses”, vrouwen die met de getijden leven en die gevangen vis bewerken. In mijn coöperatieve stel ik 3 mannen en 28 vrouwen te werk. Wij maken verse vis, gezouten vis, gerookte vis… Het is zwaar om een vrouw te zijn en aan het hoofd van een bedrijf te staan. Je moet je manier van werken veranderen, en je steeds aanpassen. In de visverwerkingssector hebben we talrijke problemen. We hebben niet echt verkooppunten, soms werken we en is het onmogelijk om te verkopen, en aangezien we geen middelen hebben om te conserveren, wel ja… het is lastig. Maar het is zeer belangrijk dat vrouwen sterk worden en bedrijven runnen.

Vandaag de dag in Congo houdt men geen rekening met vrouwen. Terwijl wij, alle vrouwen, ons overal mee zouden moeten bemoeien, in de dorpen, de samenleving, vergaderingen. Dat is belangrijk. En dat is waarom ik aanvaard heb om observatrice te worden binnen mijn netwerk toen de traditionele chefs mij dat voorstelden. Ik heb ervoor gekozen om de belangen te verdedigen van mijn gemeenschap, en vooral die van alle meisjes en alle moeders.

François*: Ik zet mij in voor de vissers.

Vroeger was de visserij het meest toegankelijke beroep. Onze gemeenschappen leven voornamelijk van de landbouw en de visvangst, ook vandaag. Wij beoefenen ambachtelijke visvangst, in kleine bootjes, met vislijnen en netten. Maar de visvangst wordt steeds moeilijker en moeilijker… Soms beschadigen de boten van bedrijven onze netten terwijl ze varen, en zelfs als we proberen om de incidenten aan te kaarten, zijn de vertragingen eindeloos. Gedurende deze periode kunnen de mensen niet vissen, vanwege de kosten voor het herstellen van hun materiaal. Bovendien volgt het geld een zeer complexe route, zelfs wanneer we financiële schadevergoeding ontvangen. Elke route heeft zo zijn vertakkingen, en zeker wanneer het over geld gaat, dus op verschillende plekken tussen het vertrek en de aankomst kan het geld een afslag nemen.

Een ander probleem dat we hier hebben gaat over de veiligheidszones. De bedrijven die natuurlijke hulpbronnen uit de zee ontginnen hebben zones afgebakend waar wij niet langer het recht hebben om er binnen te gaan of te vissen. Alleen waren er vissoorten waarop wij in deze zones visten, en aangezien we er geen toegang meer toe hebben, moeten we verder de oceaan op. De risico’s en kosten daarvan zijn hoger, omdat er sterkere golven zijn en omdat we voor stevigere boten moeten betalen. Op andere momenten vinden we dode vissen in onze netten en ruikt het water niet goed. En ik zou het ook kunnen hebben over de vreemde boten die grote hoeveelheden vis komen vangen en die zo het visbestand uitputten… En dus heb ik aanvaard om mijn dorp te vertegenwoordigen in het netwerk, aangezien ik lid ben van de visserscoöperatieve. Zo kan ik de mensen in het dorp, en vooral de vissers, helpen om van hun activiteiten te blijven leven.

Dominique*: Ik zet mij in voor onze toekomst, voor onze aarde.

Ik ben getuige geweest van allerlei zaken, en dat is waarom ik meteen heb aanvaard om deel uit te maken van het netwerk van mijn dorp toen men mij aanwees. Ik geef u een voorbeeld. Vroeger waren de affakkel-schoorstenen – een systeem om de gassen te verbranden die worden uitgestoten tijdens de ontginning van aardolie – grote pijpleidingen die de lucht in gingen en de hele tijd brandden. Vandaag de dag staan die schoorstenen op grondniveau of zitten ze zelfs onder de grond, wanneer ze geïnstalleerd zijn in daarvoor gegraven putten. Het probleem is dat deze putten zich vullen met water wanneer het regent, en dat het water het brandende gas dooft. Dat gas lost dan op in het water, en wanneer het water uit het gat loopt, gaat dit hele mengsel overlopen in onze rivieren en akkers. Je moet dus heel erg aandachtig zijn om snel een ondergelopen schoorsteen te signaleren, of anders kan er grote schade berokkend worden aan de natuur.

Soms lekt er ook olie in de rivieren en de akkers… en ook daar moet je erg aandachtig zijn. Ten eerste moet je voorkomen dat er een lek is, en verder is de procedure om schadevergoeding te bekomen voor de geleden schade zeer complex. En als je niet oplet, verlies je onderweg veel geld. Doordat ik lid ben van een netwerk kunne de mensen in het dorp mij oproepen wanneer ze problemen of vragen hebben. Ik kan hen dan begeleiden omdat ik de regels en procedures goed ken. We houden in de gaten wat er gebeurt rondom ons, om onze akkers, onze rivieren, onze natuur en onze toekomst veilig te stellen. Voor onszelf, en opdat onze kinderen ook de vruchten kunnen plukken van onze vruchtbare akkers en onze waterlopen vol vissen.

Vroeger verdedigde ik mijn gemeenschap zonder dat ik veel kennis bezat. Dankzij Advocaten Zonder Grenzen en de aangeboden opleidingen praten we het niet alleen over “natuurlijke hulpbronnen”, maar gaan we dieper in op het onderwerp. Ik was slechts een beetje vertrouwd met het onderwerp van olieproducten, maar vandaag voel ik er mij in thuis, begrijp ik mijn rechten, en begrijp ik ook de uitdagingen waar de bossen, rivieren en akkers voor staan… Ik voel mij steeds beter in staat om de mensen van mijn dorp te vertegenwoordigen en ondersteunen, en dat doet mij plezier. Voor mij, voor hen, en voor onze aarde.

*Aangezien de observatoren anoniem wenste te blijven, is zijn/haar naam aangepast.

De algemene doelstelling van het project is om bij te dragen aan een transparant beheer van de natuurlijke hulpbronnen met respect van de mensenrechten. Meer in het bijzonder beoogt het project om de betrokkenheid en deelname van de betrokken burgers te ondersteunen, met als doel (i) de transparantie te verzekeren van de processen voor het beheer van natuurlijke hulpbronnen en de strijd tegen corruptiepraktijken en (ii) de bescherming en de verwezenlijking van hun rechten binnen dit kader.

Door het vermogen uit te breiden van de lokale bevolking om actie te ondernemen, zodat zij een volwaardige rol kan spelen in de processen voor het beheer van de natuurlijke hulpbronnen en door deze bevolking te steunen om de bescherming van haar rechten te verzekeren, draagt het project bij tot het ontstaan van essentiële voorwaarden voor een inclusieve, duurzame ontwikkeling die de mensenrechten eerbiedigt.

Foto’s en interview : Camille Burlet

Rechtstoegang in Tsjaad: het maatschappelijk middenveld in beweging

N’Djamena, 3 december 2015 – Ondanks de hervormingen van justitie van de voorbije jaren ondervinden de inwoners van Tsjaad nog steeds heel wat moeilijkheden om toegang te krijgen tot justitie. Daarom zetten organisaties uit het maatschappelijk middenveld zich in om juridische hulp en bijstand te verlenen. Advocaten Zonder Grenzen (ASF) ondersteunt drie van deze organisaties bij hun inspanningen om de mensenrechten te beschermen.

De bevolking van Tsjaad kent haar rechten niet goed. Vooral op het platteland is dit het geval. Het gewoonterecht blijft oppermachtig. Er zijn erg weinig advocaten: 174 voor 11 miljoen inwoners. De meeste advocaten zijn bovendien gevestigd in de hoofdstad, N’Djamena, waardoor de meeste mensen geen beroep op hen kunnen doen om hun rechten te laten gelden.

Daarom is het maatschappelijk middenveld enkele jaren geleden in actie geschoten. “Overheidsdiensten bestaan hier zo goed als niet, dus doen wij hun werk: we maken burgers bewust van hun rechten, we geven gratis juridisch advies, we bieden bijstand bij rechtbanken en bemiddelingsdiensten,” legt Marthe Dorkagoum uit. Zij is lid van het dagelijks bestuur en is PR-verantwoordelijke voor de Association des Femmes Juristes du Tchad (AFJT), één van de drie partners van het ASF-project “Verbeteren van de rechtstoegang voor personen in kwetsbare situaties in Tsjaad”.

De noden zijn enorm. “Onze juristen en juridische assistenten ontfermen zich over de mensen die in de steek gelaten worden, vooral vrouwen die hun rechten niet kennen wat een erfenis betreft of die te maken hebben met ernstig huiselijk geweld”, vertelt Oyal Ngarassal, voorzitter van een tweede partner, het Public Interest Law Center (PILC). “Op een bepaald moment hebben deze mensen er genoeg van, willen ze niet meer afzien, en dan nemen ze de stap en komen ze ons opzoeken om hun rechten te verdedigen.”

In het kader van dit project zorgt ASF voor technische ondersteuning van de organisaties, met name door het organiseren van vormingsateliers waar ideeën uitgewisseld kunnen worden. Onlangs hebben de drie organisaties deelgenomen aan een vorming rond communicatietechnieken. “Hoe leggen we mannen uit dat we hun vrouwen niet tegen hen willen opzetten, maar dat we hen wel de grondrechten willen doen respecteren? Communicatie is voor ons cruciaal”, zegt Oyal Ngarassal. Marthe Dorkagoum bevestigt:  “De bevolking, maar ook de lokale autoriteiten moeten ons beter leren kennen.”

Ali Mbodou, vice-voorzitter van de Association pour la Promotion des Libertés Fondamentales au Tchad (APLFT), waardeert de workshops: “Voor ons is het een meerwaarde. Zo kunnen we onze ervaringen delen.”

Naast technische ondersteuning geeft ASF ook financiële steun zodat de organisaties juridisch advies en rechtsbijstand kunnen voorzien voor de bevolking – en dan in het bijzonder voor vrouwen, kinderen en gevangenen.

De activiteiten van de AFJT, de APLFT en het PILC vullen elkaar aan en de drie organisaties ook in verschillende regio’s. De organisaties tellen samen meer dan 500 juristen en juridische assistenten. In het kader van het ASF-project werden al 30.000 mensen bewust gemaakt van hun rechten. 2000 mensen hebben juridisch advies gekregen, en 200 mensen genoten juridische bijstand.

Het ASF-project “Verbeteren van de rechtstoegang voor personen in kwetsbare situaties in Tsjaad” duurt nog tot mei 2016 en wordt gefinancierd door de Europese Unie.

Foto’s: Drie organisaties uit Tsjaad zetten zich in om juridische hulp te bieden aan de bevolking. Coverfoto – Vlnr.: Oyal Ngarassal van Public Interest Law Center, Ali Mbodou van de Association pour la Promotion des Libertés Fondamentales au Tchad en Marthe Dorkagoum van de Association des Femmes Juristes du Tchad. N’Djamena, november 2015 © ASF/G. Van Moortel

De partnerschappen van ASF: het sluitstuk van duurzame verandering

Brussel/Bujumbura, 1 july 2015 – Midden in een ernstige politieke crisis bouwen Advocaten Zonder Grenzen (ASF) en zijn partners voort aan rechtstoegang voor alle Burundezen. Zo ondertekenden ASF en de balie bij het hof van beroep van Bujumbura onlangs een overeenkomst om hun partnerschap tot in 2021 te verlengen en te formaliseren. De ondertekening van die overeenkomst weerspiegelt het complementaire karakter van de relaties die ASF in de landen waar het actief is met zijn partners aanknoopt.

Sinds de president van de republiek enkele weken geleden aankondigde zich kandidaat te zullen stellen bij de komende presidentsverkiezingen (gepland op 15 juli), maakt Burundi een diepe politieke crisis door. Die uitzonderlijke omstandigheden betekenen echter niet dat de noden van de bevolking op het vlak van rechtstoegang zijn afgenomen, wel integendeel.

ASF en de balie bij het hof van beroep van Bujumbura ondertekenden dan ook onlangs een overeenkomst over een bevoorrecht partnerschap om de rechtstoegang voor alle Burundezen te verbeteren.

Ons partnerschap is gebaseerd op onafhankelijkheid ten opzichte van regeringen en politieke groeperingen en op wederzijds respect voor uiteenlopende culturen, waarden, geloofsovertuigingen en levensopvattingen“, aldus Céline Lemmel, missiehoofd van ASF in Burundi.

De overeenkomst giet meer dan tien jaar samenwerking bij het leveren van diensten om de rechtstoegang te verbeteren in een formeel kader. “Het is veel meer dan een principeovereenkomst. Concreet hebben ASF en de balie samen gratis diensten voor juridisch advies en rechtsbijstand opgezet voor de kwetsbaarste Burundezen“, verduidelijkt het missiehoofd. In 2014 en 2015 hielpen ze meer dan 7.700 mensen om hun rechten te doen gelden.

Voor meester Salvator Kiyuku, stafhouder van de balie bij het hof van beroep in Bujumbura, is dit partnerschap in de eerste plaats een kwestie van geloofwaardigheid: “ASF beschikt over veel internationale knowhow op het vlak van opleiding rond rechtsbijstand. Het is een betrouwbare partner, die ons veel tijd doet winnen door zijn kennis met ons te delen.”

Hoewel de sfeer in de aanloop naar de verkiezingen in Bujumbura en enkele provincies van het land bijzonder gespannen is, blijven beide partners ervoor ijveren dat de rechten van alle rechtszoekenden worden nageleefd.

Net als elders werkt ASF in Burundi op gelijke voet samen met zijn partners – balies, organisaties uit het maatschappelijk middenveld, openbare instellingen – om concrete doelstellingen te verwezenlijken.

Wij beschouwen dit partnerschap als een blijk van vertrouwen en gelijkwaardigheid. ASF vult in zeker zin onze competenties aan, zodat wij onze opdracht kunnen vervullen in het belang van de rechtszoekenden,” bevestigt meester Kiyuku.

Voor de periode 2014 – 2015 heeft ASF in twaalf landen waar het actief is, partnerschappen met 30 lokale organisaties. Al die akkoorden zijn gebaseerd op het principe van wisselwerking tussen ASF en zijn partners en helpen duurzame verandering te bewerkstelligen voor een toegankelijk, doeltreffend en efficiënt rechtssysteem.

Foto: ASF en de balie bij het hof van beroep van Bujumbura : een duurzaam partnerschap © ASF 2015

Myanmar: de ‘Pro Bonos’ in actie

Myanmar, 27 april 2015 – De proeffase van het door het UNDP gesteund Rule of Law Centres-project is afgelopen. Het project was bedoeld om juridische professionals en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld opleiding te geven over lokale-rechtsproblemen en hen aan te moedigen om bij hun werk de principes van de rechtsstaat te hanteren. Zeven juridische experts uit het International Legal Network (ILN) van ASF werkten pro bono mee aan het project.

Zeven leden van het ILN – die van het projectteam de koosnaam ‘de Pro Bono’s’ kregen – kregen de kans om mee te werken aan de invoering van het Rule of Law Centres pilot-project in Myanmar. Zij waren afkomstig uit verschillende rechtsgebieden, zoals de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Australië en Frankrijk, en hadden ervaring in uiteenlopende domeinen, van strafrecht over gezinsrecht, administratief en internationaal recht tot mensenrechten. Met hun gezamenlijke kennis en inzet hielpen zij het projectteam van internationale en nationale trainers bij het opstellen van een leerprogramma, het uitwerken van opleidingsmodules en het organiseren van activiteiten om de gemeenschap te betrekken.

Op mijn eerste dag kreeg ik de opdracht om samen met een lokale trainer, Nway, het programma dat zij had opgesteld te overlopen”, vertelt Larissa Dinsmoor, US Attorney bij de California Bar Association (coverfoto). “We bespraken samen hoe de informatie zou worden overgebracht op anderen. Hoewel we elkaar pas ontmoet hadden, verliep het contact vlot en met veel wederzijds respect. Ik leerde van haar en zij leerde van mij, en uiteindelijk kwamen we tot een sterk eindproduct“. Larissa werkte vanuit Lashio, een etnische smeltkroes in het noordoosten van Myanmar. Aangezien het om een kortlopend proefproject ging, was de druk om een programma uit te werken en degelijk opleidingsmateriaal te ontwikkelen enorm. “We werkten nauw samen en maakten gretig gebruik van ieders individuele ervaring, kennis en visie“, aldus Larissa. “Na verloop van tijd versmolten de lokale en internationale advocaten tot een homogene groep die een sterk resultaat heeft neergezet.” Met een knipoog voegt ze eraan toe: “Ik herinner mij vooral dat er veel gelachen werd. Ondanks de lange uren waarin we het leerprogramma uitwerkten, verfijnden en in de praktijk brachten, was er in het team altijd tijd voor een grapje of een glimlach. De sfeer was gemoedelijk, en dat schept al snel verbondenheid.

Claire Fenton-Glynn, membre de l'ILN © ASF
ILN-lid Claire Fenton-Glynn © ASF.

Het was belangrijk voor het project dat het team uit Myanmar en de deelnemers een kritische discussie konden hebben. Daarom bespraken de internationale en de lokale trainers wekelijks de inhoud en de activiteiten. Claire Fenton-Glynn (foto) doceert rechten aan King’s College in Londen. Zij verbleef een maand lang in Mandalay, de tweede grootste stad van het land. Zij stelde vooral die manier van werken op prijs. “Zo konden de lokale trainers en de deelnemers het proces zelf in handen nemen, en konden wij hun leerervaring faciliteren in plaats van hen iets op te leggen“, legt Claire uit.

Claire Fenton-Glynn besluit: “De vooruitgang door de ontwikkeling van analytische vaardigheden, en de invloed die dat zal hebben op de manier waarop mensen in de toekomst omgaan met recht en met het leven, zijn bijzonder ingrijpend en essentieel in een land dat na jaren van militaire dictatuur langzaam herstelt.

Het ILN werd opgericht in 2010 en telt vandaag meer dan duizend juridische professionals van over heel de wereld. Zij zetten zich in om de internationale programma’s en projecten op het terrein van ASF te ondersteunen.

Lees ook het vorige verhaal over het Rule of Law-project in Myanmar.

Coverfoto: Larissa Dinsmoor, US Attorney bij de California Bar Association, was een van de zeven leden van het ILN die bij het project betrokken waren © ASF.

Opleiding over de rechtsstaat leidt tot sociale rechtvaardigheid in Myanmar

Lashio, deelstaat Shan, Myanmar, 17 februari 2015 – Dat opleiding over het rechtssysteem broodnodig is in een land dat meer dan vijftig jaar militaire dictatuur achter de rug heeft, lijdt geen twijfel. Velen nemen hier de term ‘rechtsstaat’ in de mond, maar slechts weinigen begrijpen hem. Trainers van ASF en andere partners geven opleiding in het kader van een door het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) gefinancierd proefproject rond ‘Rule of Law Centres’.

 “Hoe kunnen we dit duurzaam verankeren?”, vroeg Ji Mai (foto) tijdens de eerste teammeeting van het project in Lashio, een etnische smeltkroes in het noordoosten van Myanmar, niet ver van de Chinese grens. Als gemeenschapsactiviste uit de Kachin-bevolking en huidig projectleider waardeerde zij de energie die ASF-trainers Jake Stevens en Helen Yandell, vrijwillige juristen van overal ter wereld en andere internationale en binnenlandse partners investeerden in het drie maanden durende opleidingsprogramma rond de principes van de rechtsstaat, de Myanmarese wetgeving en de ontwikkeling van vaardigheden. Zij wilde er echter zeker van zijn dat het programma en de bijbehorende gemeenschapsforums om relevante juridische problemen te identificeren, tot wezenlijke veranderingen zouden leiden.

Ji Mai (gemeenschapsactiviste) en Soe Moe Kyaw (voormalig HIV-voorlichter) woonden de workshops van het project bij als projectmedewerkers © Jake Stevens
Ji Mai (gemeenschapsactiviste) en Soe Moe Kyaw (voormalig HIV-voorlichter) woonden de workshops van het project bij als projectmedewerkers © Jake Stevens

Sindsdien worstelen de zowat tachtig advocaten en vertegenwoordigers van het maatschappelijke middenveld, zowel in Lashio als in het veel grotere Mandalay, met deze en andere vragen. De interactieve aanpak van de workshops is bedoeld om de deelnemers bij de inhoud te betrekken, maar ook om hun analytische vaardigheden te ontwikkelen. Door de povere kwaliteit van het Myanmarese onderwijs en de erfenis van vijftig jaar militair bewind verliep dat aanvankelijk moeizaam voor alle betrokken partijen. Project manager Soe Moe Kyaw (foto) merkte op: “Wij zijn alleen gewend om te luisteren tijdens een lezing. Vragen stellen en beantwoorden kan bij ons zeer agressief overkomen.” Veel deelnemers tonen echter belangstelling om de methodes te introduceren in hun eigen werk, of dat nu gaat om maatschappelijke vorming of het begeleiden van jonge advocaten. Ze waren ook erg lovend over de inhoud, zoals alternatieve manieren om geschillen op te lossen, gelijkheid voor de wet en oefenprocessen.

Tijdens de workshops, de openbare forums en de inspraakvergaderingen over het project uitten velen de wens om ook de overheid te betrekken. Sai Kyaw Tun, van Meikswe Myanmar (een ngo die werkt rond gezondheid en onderwijs), merkte op: “We moeten dergelijke workshops ook organiseren in andere gemeenschappen, zodat mensen hun rechten begrijpen. Maar we moeten ook samenzitten met politie, rechters en regeringsvertegenwoordigers om elkaar beter te begrijpen.” Ook leiders van lokale holebi- en transgenderverenigingen vroegen om hulp bij het opstellen van strategieën om het publiek en de regering te informeren over hun bezorgdheden, zonder dat de politie opnieuw hardhandig optreedt tegen hun leden. Het was aanvankelijk de bedoeling dat die overheidsvertegenwoordigers bij het proefproject betrokken zouden zijn, en de hoop bestaat dat ze in de toekomst zullen deelnemen.

Het huidige Rule of Law-project bestaat uit twee verwante en complementaire activiteiten: een reeks van 42 workshops over drie maanden, en blijvende gemeenschapsforums. In Lashio behandelen de forums onderwerpen als de bestrijding van discriminatie, de uitbreiding van de juridische kennis in de gemeenschap en de aanpak van drugsverslaving. De synergie tussen beide componenten van het project is overduidelijk. Deelnemers trekken met hun nieuwe vaardigheden en kennis hun gemeenschap en werkomgeving in, en passen de principes van de rechtsstaat toe in het dagelijkse leven op een cruciaal ogenblik in de ontwikkeling van Myanmar.

 Coverfoto: ASF-trainers en andere partners geven opleiding in het kader van een door het UNDP gefinancierd workshopproject rond de rechtsstaat © Jake Stevens

Overgangsrecht in Burundi: plaats voor de slachtoffers

Bujumbura, 21 januari 2015 – ASF (Advocaten Zonder Grenzen) juicht de oprichting van een Waarheids- en Verzoeningscommissie toe. Dit is een belangrijke stap in de behandeling van de internationale misdaden die in het verleden in Burundi zijn begaan. ASF somt wel enkele voorwaarden op om het proces van het overgangsrecht in goede banen te leiden.

De grondslag voor het mechanisme van het overgangsrecht in Burundi werd gelegd in de Arusha-akkoorden voor vrede en nationale verzoening in Burundi, die in 2000 door de verschillende partijen van het Burundese conflict ondertekend werden. De invoering daarvan ging op 10 december 2014 een beslissende fase in met de benoeming van de 11 commissarissen van de Waarheids- en Verzoeningscommissie (WVC) door de Burundese president.

De WVC zal onder meer bevoegd zijn voor het verrichten van onderzoeksdaden en het bovenhalen van de waarheid over de ernstige mensenrechtenschendingen in Burundi, het kwalificeren van deze misdaden, het publiceren van slachtofferlijsten en het voorstellen van een programma voor de schadevergoeding, de hervorming van de instellingen en de herschrijving van de Burundese geschiedenis. De WVC moet deze zware en gevoelige opdrachten in verband met feiten gepleegd over een periode van bijna vijf decennia – van 1962 tot 2008 – binnen haar vierjarige mandaat uitvoeren.

“Dit is een belangrijke doorbraak in de lange weg naar verzoening tussen de verschillende geledingen van de Burundese samenleving. Bovendien hebben de meeste van de 11 commissarissen een goed profiel, zodat de WVC erop mag rekenen dat zij kwaliteitswerk zullen verrichten waar het Burundese volk tevreden over zal zijn”, zegt Adrien Nifasha, ASF-coördinator in Burundi voor het CROSSROADS-project voor internationaal en overgangsrecht.

Toch lijst ASF een aantal voorwaarden op die aanwezig moeten zijn om de WVC naar behoren te laten werken. Het gaat daarbij met name om de onafhankelijkheid, onpartijdigheid en persoonlijke veiligheid van de commissarissen, de nood aan een informatiecampagne over de werkzaamheden van de commissie naar de slachtoffers, de getuigen en de beschuldigden toe en de zelfstandige werking en het zelfstandige financiële beheer van de WVC. “Ook moeten de pijlers van het overgangsrecht in de Burundese context worden gewaarborgd, zoals de eerbiediging van het recht op waarheid, op gerechtigheid, op schadevergoeding en de garantie op niet-herhaling”, zegt Adrien Nifasha nog.

ASF is bereid om de werkzaamheden van de WVC in haar eigen expertisedomeinen te begeleiden: het vertegenwoordigen van de slachtoffers en de beschuldigden, de bescherming van de slachtoffers en de getuigen, de technische ondersteuning bij de uitwerking van de procedureregels en de capaciteitsopbouw van de commissarissen, de gerechtsmedewerkers en het maatschappelijk middenveld op het gebied van overgangsrecht.

“Wij bieden wel enkel steun als bij de voorbereidingen en de effectieve werking van de WVC de rechten van de slachtoffers en de beschuldigden geëerbiedigd worden”, zegt de projectcoördinator.

Het CROSSROADS-project is een initiatief van ASF en haar partners in zes landen die een internationaal strafrechtsysteem aan het uitbouwen zijn: Burundi, Colombia, Guatemala, Nepal, Oeganda en DR Congo. Het project wordt gefinancierd door de Europese Unie.

Foto: Het verrichten van onderzoeksdaden en het bovenhalen van de waarheid over de ernstige mensenrechtenschendingen in Burundi van 1962 tot 2008, is een van de gevoelige opdrachten van de WVC © 2014 Local Voices

Het Kalima-project: op de bres voor de vrijheid van meningsuiting

Rabat (Marokko), 8 augustus 2014 – Advocaten Zonder Grenzen (AdZG) start een programma met opleidingen en bewustmaking in het kader van het project voor de bevordering van de vrijheid van meningsuiting en de bescherming van journalisten en bloggers. Het project heet Kalima en wordt ingevoerd in Egypte, Marokko en Tunesië, een regio waar er op politiek vlak veel verandert. AdZG opende ook een kantoor in Marokko.

Hoewel de overheden in Tunesië en Marokko vandaag meer respect hebben voor de vrijheid van meningsuiting, is de veiligheid van wie die vrijheid neemt niet altijd gegarandeerd. In Egypte is de situatie ronduit dramatisch, vooral voor journalisten die onder druk gezet worden en bedreigd worden onder het mom van de strijd tegen het terrorisme. Of ze nu journalisten, bloggers, advocaten of verdedigers van de mensenrechten zijn, de doelstelling van het Kalima-project bestaat er net in om die mensen te begeleiden in hun engagement om de vrijheid van meningsuiting te beschermen en te verspreiden.

“We hebben het project Kalima gedoopt omdat dat Arabische woord zowel spreken als woord betekent. Het slaat op de twee vrijheden die het project beoogt: de vrijheid van spreken of meningsuiting, en de vrijheid van pers”, vertelt Bahia Zrikem, de vertegenwoordiger van AdZG in Rabat.

Kalima krijgt concreet vorm door de samenwerking met partners van het Marokkaanse, Tunesische en Egyptische maatschappelijke middenveld. Het is de bedoeling om de capaciteiten te ondersteunen, te beschermen en te versterken van elke persoon of organisatie die zijn/haar mening uitdrukt, getuigt of informatie verspreidt op een vredelievende en onafhankelijke manier, vooral via de media.

Er worden activiteiten georganiseerd om de kennis van de advocaten op het vlak van de bescherming en bevordering van de vrijheid van meningsuiting te verruimen. AdZG wenst in samenwerking met haar partners ook een regionale ruimte voor uitwisselingen te creëren en een pleidooi te houden met iedereen die betrokken is bij de verspreiding van het recht op vrijheid van meningsuiting in de drie landen waar het project loopt.

“Kortom, onze deur staat open voor die het slachtoffer is van een actie die zijn vrijheid van meningsuiting beknot. Wij werken nauw samen met de advocaten en organisaties voor de verdediging van de mensenrechten om een juridische bescherming te bieden aan iedereen die daarom vraagt, of het nu gaat om juridische bijstand of om te observeren bij een proces”, verduidelijkt Bahia Zrikem.

Dankzij het Kalima-project deelt AdZG haar expertise op het vlak van rechtstoegang met de lokale vzw’s, advocaten en journalisten zodat die ten volle gebruik kunnen maken van het beschikbare wettelijke kader. Doel: op duurzame wijze de vrijheid van meningsuiting beschermen en verruimen in Egypte, Marokko en Tunesië.

Het opleidingsprogramma en de bewustmakingsworkshops zijn gestart in juni, in Rabat. Deze activiteit wordt georganiseerd in samenwerking met de Marokkaanse vereniging ADALA en gaf 25 Marokkaanse journalisten en advocaten meer inzicht in de beschuldigingen van smaad die gebruikt worden om de vrijheid van meningsuiting te beteugelen. ADALA – een Arabisch woord dat gerechtigheid betekent – wil bijdragen aan de bevordering van het recht op een eerlijk proces en de onafhankelijkheid van de magistratuur.

Nepalese advocates versterken kennis over medico-legale technieken

Kathmandu – In criminele rechtszaken wordt forensisch materiaal zoals DNA testen, vingerafdrukken en autopsierapporten beschouwd als bewijs uit eerste hand. Het is dan ook belangrijk dat advocaten vat hebben op deze technische onderwerpen die een cruciale rol kunnen spelen in de beslissingen van rechtbanken. Advocaten Zonder Grenzen (AdZG) organiseerde, in samenwerking met de Nepalese Balie en het Comité van Vrouwelijke Advocaten van de Balie van het Nepalese Hooggerechtshof, een vormingssessie om advocates in hun werk te ondersteunen, vooral wanneer het schendingen van vrouwenrechten betreft.

IMG_9440 - Copie
Het is belangrijk dat advocaten kennis hebben over medico-legale praktijken, AdZG-vorming, Kathmandu, augustus 2013 © AdZG

Medico-legale terminologie, teksten van experts en andere forensische acties die door dokters en experts gebruikt worden in rechtszaken, zijn vaak moeilijk te begrijpen door advocaten en rechters. Nochtans kan de informatie uit forensische rapporten van cruciaal belang zijn wanneer de zaak beslecht wordt. “Wetenschappelijk bewijs is belangrijk bij het onderzoeken van misdaden. Forensisch materiaal zoals DNA testen kan helpen om aantijgingen tegen een beschuldigde te bewijzen of te weerleggen en om potentiële verdachten te identificeren,” verklaart advocaat Biswo Jit Khadka, AdZG programmacoördinator in Kathmandu. “In sommige zaken kan enkel wetenschappelijk bewijs de waarheid aan het licht brengen. Daarom is het noodzakelijk dat de verschillende belanghebbenden, waaronder advocaten, dit soort bewijs begrijpen.”

De AdZG-missie in Nepal focust zich op het verbeteren van rechtstoegang voor mensen in kwetsbare situaties, op de capaciteitsopbouw van juridische dienstverleners, zoals advocaten, en op het verzekeren van efficiënte en kwaliteitsvolle rechtsbijstand. Vooral vrouwelijke advocaten in Nepal ondervinden moeilijkheden om opleidingen te volgen over medico-legale praktijken. Dit is onder meer te wijten aan nepotisme, favoritisme en genderdiscriminatie in de selectie van deelnemers. “Desondanks is het essentieel dat vrouwelijke advocaten hun kennis over dergelijke kwesties vergroten. Het zijn namelijk vooral advocates die het groot aantal schendingen van vrouwenrechten behandelen, zoals seksuele intimidatie, heksenvervolging, huiselijk geweld, moord, zelfmoord en verkrachting, om maar een aantal vormen van geweld en discriminatie tegen vrouwen te noemen,” vertelt advocaat Sunil Kumar Pokharel, Secretaris-Generaal van de Nepalese Balie.

Dit heeft AdZG aangespoord om eind augustus, in samenwerking met de Nepalese Balie en het Comité van Vrouwelijke Advocaten van de Balie van het Nepalese Hooggerechtshof, een eendaagse vormingssessie te organiseren in Kathmandu over de medico-legale rol in efficiënte rechtsbijstand, gericht op vrouwelijke advocaten. Ongeveer 50 advocates uit verscheidene balies doorheen het land namen deel aan de vorming, die onder meer gegeven werd door voorname medico-legale experts en forensische wetenschappers.

“Ik vond deze vorming zeer nuttig aangezien ik vrouwenrechten verdedig. Momenteel behandel ik een verkrachtingszaak en ik vind het belangrijk dat ik weet hoe ik medico-legaal bewijsmateriaal kan gebruiken om mijn argumenten kracht bij te zetten,” zegt advocate Radha Sigdel, lid van de Balie van Kathmandu.

“Door hun kennis over forensische wetenschappen te vergroten, proberen we deze advocaten, die vrouwen en hun rechten verdedigen en beschermen, te steunen in hun werk,” concludeert AdZG programmacoördinator Biswo Jit Khadka.

Foto bovenaan: deze vrouwelijke advocaten zullen hun werk in zaken over schendingen van vrouwenrechten weten te verbeteren © AdZG

Gezocht: pro bono juridische experts

Brussel, 2 augustus 2013 – Het International Legal Network (ILN) van Advocaten Zonder Grenzen (AdZG) biedt advocaten de mogelijkheid om zich vrijwillig en onmiddellijk in te zetten voor kwetsbare bevolkingsgroepen die nood hebben aan wettelijke en juridische bijstand. Het ILN kan rekenen op 800 leden, maar heeft niettemin een tekort aan professionelen in gespecialiseerd rechtsdomeinen zoals internationaal strafrecht of de organisatie van rechtsbijstand.

Meester Julie Goffin is advocate bij de Franstalige balie van Brussel en is lid van het ILN. Ze koestert sinds lange tijd een grote interesse voor mensenrechten. “Mijn ouders zetten zich reeds in voor de mensenrechten. Als student-expert heb ik mijn steentje bijgedragen aan de onderhandelingen over de aanname van het Statuut van Rome, het oprichtingsverdrag van het Internationaal Gerechtshof. Dit vond plaats in 1998… in Rome,” herinnert ze zich. Nadien heeft Meester Goffin haar expertise versterkt op het vlak van vreemdelingenrecht, humanitair recht en vooral internationaal strafrecht. Daarnaast behoort ze ook tot het team advocaten dat in het Internationaal Gerechtshof een deel van de slachtoffers vertegenwoordigt in de dossiers Katanga en Ngudjolo, beiden beschuldigd van misdaden tegen de mensheid en oorlogsmisdaden in DR Congo.

ILN_webstory_inside_pic_GvM
Trainingssessie over internationaal strafrecht in Bukavu, juni 2013 © AdZG / G. Van Moortel

Het is dus vanzelfsprekend dat AdZG een beroep heeft gedaan op Julie Goffin om een trainingssessie te leiden over internationaal strafrecht en het systeem van het Statuut van Rome. Deze sessie, die plaatsvond te Bukavu (grenzend aan Rwanda) in juni j.l., beoogde een capaciteitsversterking van de advocaten die deel uitmaken van de AdZG pool in DR Congo, en dit met betrekking tot de professionele praktijk en juridische strategie. “Het is zeer belangrijk dat we de uitwisseling van ervaringen stimuleren tussen advocaten die bijstand leveren aan of als vertegenwoordigers optreden van mensen die het slachtoffers zijn geworden van ernstige mensenrechtenschendingen of van internationale misdaden. Tijdens deze 5 dagen durende vormingssessie heb ik gemerkt dat mijn Congolese collega’s sterk geëngageerd zijn in de strijd tegen straffeloosheid,” getuigt ze.

Het ILN, opgericht in 2010, benadrukt de belangrijke rol die internationale advocaten spelen bij hun collega’s die werkzaam zijn in landen waar de rechtsstaat niet vanzelfsprekend is. Vanwege AdZG’s toenemende activiteiten op het vlak van technische ondersteuning van advocaten, is het ILN snel uitgegroeid tot een waardevolle bron van expertise. “Sinds de oprichting van het ILN hebben haar leden niet minder dan 86 interventies uitgevoerd, wat neerkomt op 620 werkdagen. Hun inbreng heeft sterk bijgedragen tot de versterking van de professionele vaardigheden van de lokale actoren,” vertelt Catherine Lalonde, coördinatrice van het netwerk.

“We hebben echter nog altijd een gebrek aan leden met ervaring in domeinen zoals vertegenwoordiging in internationaal strafrecht, het internationaal kader over economische en sociale rechten en de behandeling van corruptiedossiers,” stelt Catherine Lalonde vast. “Er is eveneens een grote vraag naar magistraten, procureurs, professoren en kandidaten die ervaring hebben met het organiseren van rechtsbijstand.”

Na een sterke groeifase, staat het ILN nu voor een uitdaging: hoe tegemoet komen aan de noden zoals vastgesteld in het kader van AdZG projecten, opdat de meest kwetsbare groepen kunnen rekenen op efficiëntere en kwaliteitsvollere diensten? Julie Goffin vond haar vormingsmissie in Bukavu alvast een verrijking: “Of het nu in Congo is of elders, we kunnen een voorbeeld nemen aan de moed van onze collega’s, want het zijn zij die alle risico’s nemen. Het feit dat we onze competenties met hen delen, is een bewijs van solidariteit.”

Voor meer informatie over het ILN

Foto bovenaan: “Het feit dat we onze competenties met hen delen, is een bewijs van solidariteit.” Julie Goffin, advocate en lid van het ILN; Bukavu (DRC), 2013 © AdZG / G. Van Moortel